Duits
Uitgebreide vertaling voor machtlos (Duits) in het Frans
machtlos:
-
machtlos (hilflos; wehrlos; kraftlos; unvermögend; unbemittelt)
vulnérable; désarmé; désarmée; dans le besoin; délaissé; sans défense; sans armes; sans ressources; dénué de tout-
vulnérable bijvoeglijk naamwoord
-
désarmé bijvoeglijk naamwoord
-
désarmée bijvoeglijk naamwoord
-
dans le besoin bijvoeglijk naamwoord
-
délaissé bijvoeglijk naamwoord
-
sans défense bijvoeglijk naamwoord
-
sans armes bijvoeglijk naamwoord
-
sans ressources bijvoeglijk naamwoord
-
dénué de tout bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor machtlos:
Wiktionary: machtlos
machtlos
adjective
machtlos
-
ohne Fähigkeit/Möglichkeit, in bestimmte Entwicklungen steuernd einzugreifen
- machtlos → impuissant
adjective
-
(Plus courant) Qui ne peut produire aucun effet.