Home ->Woordenboeken ->Duits/Frans ->Vertaal immatrikuliert

Vertaal immatrikuliert van Duits naar Frans

Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. immatrikuliert:
  2. immatrikulieren:
  3. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor immatrikuliert (Duits) in het Frans

immatrikuliert:

immatrikuliert bijvoeglijk naamwoord

  1. immatrikuliert (eingeschrieben; eingetragen)
    inscrit; annoncé

Vertaal Matrix voor immatrikuliert:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inscrit Examenskandidat; Immatrikulierte; Registrant
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
annoncé eingeschrieben; eingetragen; immatrikuliert
inscrit eingeschrieben; eingetragen; immatrikuliert

immatrikulieren:

immatrikulieren werkwoord (immatrikuliere, immatrikulierst, immatrikuliert, immatrikulierte, immatrikuliertet, immatrikuliert)

  1. immatrikulieren (anmelden; melden)
    se présenter; se faire inscrire; faire inscrire; donner; indiquer; déclarer; mentionner
    • se présenter werkwoord
    • se faire inscrire werkwoord
    • faire inscrire werkwoord
    • donner werkwoord (donne, donnes, donnons, donnez, )
    • indiquer werkwoord (indique, indiques, indiquons, indiquez, )
    • déclarer werkwoord (déclare, déclares, déclarons, déclarez, )
    • mentionner werkwoord (mentionne, mentionnes, mentionnons, mentionnez, )

Conjugations for immatrikulieren:

Präsens
  1. immatrikuliere
  2. immatrikulierst
  3. immatrikuliert
  4. immatrikulieren
  5. immatrikuliert
  6. immatrikulieren
Imperfekt
  1. immatrikulierte
  2. immatrikuliertest
  3. immatrikulierte
  4. immatrikulierten
  5. immatrikuliertet
  6. immatrikulierten
Perfekt
  1. habe immatrikuliert
  2. hast immatrikuliert
  3. hat immatrikuliert
  4. haben immatrikuliert
  5. habt immatrikuliert
  6. haben immatrikuliert
1. Konjunktiv [1]
  1. immatrikuliere
  2. immatrikulierest
  3. immatrikuliere
  4. immatrikulieren
  5. immatrikulieret
  6. immatrikulieren
2. Konjunktiv
  1. immatrikulierte
  2. immatrikuliertest
  3. immatrikulierte
  4. immatrikulierten
  5. immatrikuliertet
  6. immatrikulierten
Futur 1
  1. werde immatrikulieren
  2. wirst immatrikulieren
  3. wird immatrikulieren
  4. werden immatrikulieren
  5. werdet immatrikulieren
  6. werden immatrikulieren
1. Konjunktiv [2]
  1. würde immatrikulieren
  2. würdest immatrikulieren
  3. würde immatrikulieren
  4. würden immatrikulieren
  5. würdet immatrikulieren
  6. würden immatrikulieren
Diverses
  1. immatrikuliere!
  2. immatrikuliert!
  3. immatrikulieren Sie!
  5. immatrikuliert
  6. immatrikulierend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor immatrikulieren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
donner Weggeben
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
donner anmelden; immatrikulieren; melden anbieten; angeben; anmelden; anzeigen; ausgeben; auspacken; ausplaudern; ausstellen; austeilen; austragen; begünstigen; besorgen; bevorrechten; bevorzugen; bewilligen; bieten; darbieten; darreichen; deklarieren; einreichen; einschenken; entgegenbringen; erlauben; erweisen; geben; genehmigen; gewähren; gießen; gutheißen; gönnen; hergeben; herreichen; herumgeben; herüberreichen; hinhalten; hinüberreichen; ins Haus liefern; liefern; melden; offerieren; präsentieren; reichen; schenken; senden; spenden; stiften; verehren; vergeben; vergönnen; verheiraten mit; vermählen; verschenken; weggeben; zubringen; zuerkennen; zufügen; zuführen; zustellen; überreichen
déclarer anmelden; immatrikulieren; melden Bagage einklarieren; angeben; anmelden; anmerken; anzeigen; aufschreiben; behaupten; berichten; bezeigen; bezeugen; deklarieren; einklarieren; erläutern; erweisen; melden; meldungmachen; mitteilen; notieren; prätendieren; sagen; wiedergeben
faire inscrire anmelden; immatrikulieren; melden angeben; anmelden; anzeigen; deklarieren; einschreiben; eintragen; melden
indiquer anmelden; immatrikulieren; melden anordnen; anweisen; anzeigen; aufklären; aufmerksam machen; benachrichtigen; diktieren; eingeben; hinweisen; informieren; signalisieren; verordnen; vorschreiben
mentionner anmelden; immatrikulieren; melden Meldung machen von; Versetz antragen; antragen; ausschreiben; bekanntgeben; benennen; erklären; ernennen; erwähnen; informieren; melden; mitteilen; nennen; titulieren
se faire inscrire anmelden; immatrikulieren; melden anheuern; anmustern; einschreiben
se présenter anmelden; immatrikulieren; melden ans Licht kommen; entdeckt werden; herauskommen; passieren

Synoniemen voor "immatrikulieren":


Wiktionary: immatrikulieren

immatrikulieren
verb
  1. (reflexiv) sich als Student bei einer Universität, Hochschule oder Akademie anmelden
  2. (transitiv) ein Kraftfahrzeug, Boot oder Flugzeug behördlich anmelden oder zulassen
  3. (transitiv) an einer Hochschule einschreiben (in die Matrikel, dem Verzeichnis der Studierenden einer Hochschule, eintragen)
Cross Translation:
FromToVia
• immatrikulieren → inscrire; enrôler ↔ enroll — to enter (a name) in a register, roll or list
• immatrikulieren → enrôler ↔ enroll — to enlist (someone) or make (someone) a member of
• immatrikulieren → inscrire ↔ inschrijven — een lidmaatschap of deelnemerschap schriftelijk vastleggen







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0500 seconde
Page rendered in 1.0 seconds