Home ->Woordenboeken ->Duits/Frans ->Vertaal Träger

Vertaal Träger van Duits naar Frans

Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Träger:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Träger (Duits) in het Frans

Träger:

Träger [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Träger (Lastträger; Gepäckträger; Gepäckkarren)
    le porteur; le portefaix; le crocheteur; le chargeur
  2. der Träger (Stützbalken; Tragbalken; Sturz; Strebebalken)
    la poutre; la traverse
    • poutre [la ~] zelfstandig naamwoord
    • traverse [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Träger (Stütze; Gestell)
    le tréteau; le support; le soutien
    • tréteau [le ~] zelfstandig naamwoord
    • support [le ~] zelfstandig naamwoord
    • soutien [le ~] zelfstandig naamwoord
  4. der Träger (Strebebalken; Strebe; Verstrebung)
    la contre-fiche

Vertaal Matrix voor Träger:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chargeur Gepäckkarren; Gepäckträger; Lastträger; Träger Belader; Gepäckträger; Ladeprogramm; Lastträger; Schiffsagent; Schiffsmakler
contre-fiche Strebe; Strebebalken; Träger; Verstrebung
crocheteur Gepäckkarren; Gepäckträger; Lastträger; Träger
portefaix Gepäckkarren; Gepäckträger; Lastträger; Träger
porteur Gepäckkarren; Gepäckträger; Lastträger; Träger Besitzer; Besitzerin; Bote; Bringer; Eigentümer; Eigentümerin; Eilbote; Federhalter; Gepäckträger; Halter; Inhaber; Inhaberin; Kurier; Lastträger; Laufbursche; Laufjunge; Leichenträger; Lizenzinhaber; Transportunternehmer; Zusteller
poutre Strebebalken; Sturz; Stützbalken; Tragbalken; Träger Balken; Dachbinder; Strebebalken
soutien Gestell; Stütze; Träger Anfeuern; Anhaltspunkt; Anknüpfungspunkt; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben; Assistenz; Beistand; Dienst; Dienstleistung; Entlastung; Familienfürsorge; Familienhilfe; Fürsorge; Halt; Handreichung; Hilfe; Hilfeleistung; Hinweis; Indiz; Mithilfe; Service; Sozialhilfe; Sozialhilferegelung; Stütze; Unterstützung; Wartungsdienst; Wink; Zuversicht
support Gestell; Stütze; Träger Anfeuern; Anhaltspunkt; Anknüpfungspunkt; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben; Assistenz; Beistand; Chassis; Fahrgestell; Fußgestell; Gestell; Halt; Hilfe; Hinweis; Indiz; Stützblatt; Stütze; Support; Untergestell; Unterlage; Untersatz; Unterstück; Unterstützung; Wink; kleineUnterstützung
traverse Strebebalken; Sturz; Stützbalken; Tragbalken; Träger Mittelstil; Pfette; Querbalken; Querholz; Querlatte
tréteau Gestell; Stütze; Träger Fahrgestell; Fußgestell; Gestell; Stütze; Untergestell

Synoniemen voor "Träger":


Wiktionary: Träger

Träger
noun
  1. Celui, celle dont le métier ordinaire est de porter quelque chose.
  2. Ce qui soutient,... (Sens général).
Cross Translation:
FromToVia
• Träger → poutrelle ↔ girder — main horizontal support in a building

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0268 seconde
Page rendered in 1.0 seconds