Sorge in het Frans vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

Sorge:
- soins médicaux; hospitalisation; problèmes; soucis; difficultés; embêtements; embarras; ennuis; malheurs; désagréments; misère; manques; emmerdements; soins; assistance; tracas; précaution
Wiktionary:
- Sorge → souci, soin
- Sorge → inquiéter, se faire de la bile, se faire du mauvais sang, se faire du mouron
- Sorge → fardeau, souci, soin, peine, épreuve, angoisse

Duits

Uitgebreide vertaling voor Sorge (Duits) in het Frans

Sorge:

Sorge [die ~] zelfstandig naamwoord

die Sorge (Pflege; Versorgung; Betreuung; Krankenpflege; Fürsorge; Einrichtung)
le soins médicaux; l'hospitalisation
- soins médicaux [le ~] zelfstandig naamwoord
- hospitalisation [la ~] zelfstandig naamwoord
die Sorge (Schlamassel; Schwierigkeit; Not; Elend)
le problèmes; le soucis; la difficultés; l'embêtements; l'embarras; l'ennuis; le malheurs; le désagréments; la misère; le manques; l'emmerdements
- problèmes [le ~] zelfstandig naamwoord
- soucis [le ~] zelfstandig naamwoord
- difficultés [la ~] zelfstandig naamwoord
- embêtements [le ~] zelfstandig naamwoord
- embarras [le ~] zelfstandig naamwoord
- ennuis [le ~] zelfstandig naamwoord
- malheurs [le ~] zelfstandig naamwoord
- désagréments [le ~] zelfstandig naamwoord
- misère [la ~] zelfstandig naamwoord
- manques [le ~] zelfstandig naamwoord
- emmerdements [le ~] zelfstandig naamwoord
die Sorge (Versorgung; Betreuung)
le soins; l'assistance
- soins [le ~] zelfstandig naamwoord
- assistance [la ~] zelfstandig naamwoord
die Sorge
le soucis; le tracas
- soucis [le ~] zelfstandig naamwoord
- tracas [le ~] zelfstandig naamwoord
die Sorge (Vorsorge; Vorkehrung)
la précaution
- précaution [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Sorge:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
assistance	Betreuung; Sorge; Versorgung	Anwesenden; Anzahl teilnehmender Personen; Assistenz; Auftritt; Begleitung; Beihilfe; Beistand; Dienst; Dienstleistung; Familienfürsorge; Familienhilfe; Fürsorge; Handreichung; Hilfe; Hilfe leisten; Hilfeleistung; Kundendienst; Mithilfe; Service; Sozialarbeit; Sozialhilfe; Sozialhilferegelung; Teilnahme; Unterstützung; Wartungsdienst
difficultés	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge	Defekte; Mißgeschick; Pech; Widerwärtigkeiten
désagréments	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge	Defekte; Problem; Probleme; Schererei; Scherereien; Unbehaglichkeiten
embarras	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge	Behinderung; Belästigung; Beschwerde; Beschwerlichkeit; Chagrin; Elend; Ergernis; Ergernisse; Gedränge; Geniertheit; Getreibe; Getue; Gewimmel; Gewirr; Gewühl; Gram; Griesgram; Kram; Last; Lästigkeit; Mühe; Obstruktion; Scham; Schamgefühl; Schererei; Scherereien; Scheu; Scheuheit; Schwierigkeit; Schüchternheit; Störung; Stümperei; Trauer; Umstände; Unannehmlichkeit; Unbequemlichkeit; Ungemach; Verdrießlichkeit; Verlegenheit; Verschlossenheit; Zaghaftigkeit; Zurückhaltung; viel Mühe; Ärger; Ärgerlichkeit; Ärgernis; Übel
embêtements	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge	Gejammer; Geleier; Gemecker; Genörgel; Gequake; Gequengel; Geschwatze; Getratsche
emmerdements	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge	Kummer; Last; Lästigkeit; Schererei; Scherereien; Schlamassel; Schwierigkeit; Unannehmlichkeit; Unbequemlichkeit; Ungemach; Ärger; Ärgernis
ennuis	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge	Beschaffenheit; Gemecker; Geschwatze; Getratsche; Getue; Grübelei; Kondition; Kram; Kummer; Last; Lästigkeit; Mißgeschick; Mühe; Mühsal; Pech; Plackerei; Problem; Probleme; Schererei; Scherereien; Schlamassel; Schwierigkeit; Umstände; Unannehmlichkeit; Unbequemlichkeit; Ungemach; Verfassung; Widerwärtigkeiten; Zustand; viel Mühe; Ärger; Ärgernis
hospitalisation	Betreuung; Einrichtung; Fürsorge; Krankenpflege; Pflege; Sorge; Versorgung	Krankenhausaufnahme; Krankenpflege; Pflege
malheurs	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge
manques	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge	Defekte; Mängel; Schäden; händicaps
misère	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge	Armut; Bedürftigkeit; Betrübnis; Defekt; Defizit; Druck; Elend; Ermangelung; Gebrechen; Gram; Hilfebedürftigkeit; Hilfsbedürftigkeit; Kargheit; Katastrophe; Knappheit; Leid; Magerheit; Mangel; Misere; Mißgeschick; Not; Pech; Rückschläge; Schicksalsschlag; Schicksalsschläge; Schlamassel; Schwäche; Seuche; Spärlichkeit; Tragödie; Trauer; Traurigkeit; Unglück; Widerwärtigkeiten; miserabeler Zustand; sehr schlechter Zustand; Ärmlichkeit
problèmes	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge
précaution	Sorge; Vorkehrung; Vorsorge	Behutsamkeit; Umsicht; Vorsicht; Vorsichtigkeit; Wachsamkeit
soins	Betreuung; Sorge; Versorgung
soins médicaux	Betreuung; Einrichtung; Fürsorge; Krankenpflege; Pflege; Sorge; Versorgung	Krankenpflege; Pflege
soucis	Elend; Not; Schlamassel; Schwierigkeit; Sorge	Besorgnis; Besorgtheit; Grübelei; Grübeln; Mühe; Mühsal; Plackerei
tracas	Sorge	Beschaffenheit; Grübelei; Grübeln; Kondition; Krakeel; Kram; Verfassung; Zustand

Synoniemen voor "Sorge":

Besorgnis; Missbehagen; Unausgeglichenheit; Unbehagen; Unruhe

Wiktionary: Sorge

Sorge

noun

bedrückendes Gefühl der Unruhe, durch eine unangenehme und/oder gefahrvolle Situation hervorgerufen
- Sorge → souci

Sorge

verb

Rendre inquiet
- inquiéter → unruhig; Sorge
(figuré) s’inquiéter, se faire du souci.
- se faire de la bile → Sorge
(familier, fr) s’inquiéter, se faire du souci.
- se faire du mauvais sang → Sorge
très familier|fr s’inquiéter, se faire du souci.
- se faire du mouron → Sorge

noun

attention
- soin → Besorgnis; Sorge
(Nom commun 1)
- souci → Sorge; Besorgnis

Cross Translation:

From	To	Via
• Sorge	→ fardeau	↔ burden — cause of worry
• Sorge	→ souci	↔ care — close attention, concern or responsibility
• Sorge	→ soin	↔ concern — The expression of solicitude, anxiety, or compassion toward a thing or person
• Sorge	→ peine	↔ sorrow — unhappiness
• Sorge	→ épreuve	↔ trial — difficult experience
• Sorge	→ souci; angoisse	↔ worry — strong feeling of anxiety

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Sorge

Remove Ads

Vertaal Sorge van Duits naar Frans

Uitgebreide vertaling voor Sorge (Duits) in het Frans

Sorge:

Sorge [die ~] zelfstandig naamwoord

die Sorge (Pflege; Versorgung; Betreuung; Krankenpflege; Fürsorge; Einrichtung)

die Sorge (Schlamassel; Schwierigkeit; Not; Elend)

die Sorge (Versorgung; Betreuung)

die Sorge

die Sorge (Vorsorge; Vorkehrung)

Vertaal Matrix voor Sorge:

Synoniemen voor "Sorge":

Wiktionary: Sorge

Verwante vertalingen van Sorge