Duits

Uitgebreide vertaling voor Praline (Duits) in het Frans

Praline:

Praline [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Praline (Schokoladepraline)
    le bonbon au chocolat; le chocolat; la bouchée; la pastille de chocolat; la pastille

Vertaal Matrix voor Praline:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bonbon au chocolat Praline; Schokoladepraline
bouchée Praline; Schokoladepraline Bissen; Biß; Happen; Mundvoll; Schnack; Zwischenmahlzeit
chocolat Praline; Schokoladepraline Bonbon; Riegel; Schokolade; Schokoladenmilch; Schokoladenplätzchen; Schokoladenriegel; heiße Schokolade
pastille Praline; Schokoladepraline Hustentablette; Pastille; Schokoladenplätzchen; Tablette
pastille de chocolat Praline; Schokoladepraline Schokoladenplätzchen; Schokolädchen

Wiktionary: Praline

Praline
Cross Translation:
FromToVia
Praline chocolat; praline chocolate — small piece of confectionery made from chocolate