Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Fiesling:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Fiesling (Duits) in het Frans

Fiesling:

Fiesling [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Fiesling (widerlicher Mensch; Scheusal; Ekel)
    l'horreur; l'affreux bonhomme; le type inquiétant; le sale type; le type répugnant

Vertaal Matrix voor Fiesling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
affreux bonhomme Ekel; Fiesling; Scheusal; widerlicher Mensch
horreur Ekel; Fiesling; Scheusal; widerlicher Mensch Abscheu; Abscheulichkeit; Ekelhaftigkeit; Greuel; Schaurigkeit; Schrecken; Schrecknis; Unpäßlichkeit; Verabscheuung; Widerwille; Widerwärtigkeit; Übelkeit
sale type Ekel; Fiesling; Scheusal; widerlicher Mensch Aas; Dreckskerl; Ekel; Giftnudel; Luder; Lump; Rabauke; Schlange; Schuft; Widerling; elende Kerl
type inquiétant Ekel; Fiesling; Scheusal; widerlicher Mensch
type répugnant Ekel; Fiesling; Scheusal; widerlicher Mensch

Synoniemen voor "Fiesling":


Wiktionary: Fiesling

Fiesling
noun
  1. Personne perverse, vicieuse, retorse.

Computer vertaling door derden: