Fahrer in het Frans vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

Fahrer:
- chauffeur; automobiliste; conducteur; pilote; politicien; charretier; voiturier
Wiktionary:
- Fahrer → chauffeur, conducteur
- Fahrer → conducteur, chauffeur, conductrice

Duits

Uitgebreide vertaling voor Fahrer (Duits) in het Frans

der Fahrer (Chauffeur)
le chauffeur; l'automobiliste; le conducteur; le pilote
- chauffeur [le ~] zelfstandig naamwoord
- automobiliste [le ~] zelfstandig naamwoord
- conducteur [le ~] zelfstandig naamwoord
- pilote [le ~] zelfstandig naamwoord
der Fahrer (Chauffeur; Führer; Frachtführer; Wagenführer; Lenker; Fuhrmann; Reiter)
le chauffeur; le conducteur
- chauffeur [le ~] zelfstandig naamwoord
- conducteur [le ~] zelfstandig naamwoord
der Fahrer (Politiker; Staatsmann; Lenker; Chauffeur)
le politicien
- politicien [le ~] zelfstandig naamwoord
der Fahrer (Kutscher; Fuhrmann)
le charretier; le voiturier; le conducteur; le pilote; le chauffeur
- charretier [le ~] zelfstandig naamwoord
- voiturier [le ~] zelfstandig naamwoord
- conducteur [le ~] zelfstandig naamwoord
- pilote [le ~] zelfstandig naamwoord
- chauffeur [le ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
automobiliste	Chauffeur; Fahrer	Autofahrer; Automobilist; Fahrzeughalter
charretier	Fahrer; Fuhrmann; Kutscher
chauffeur	Chauffeur; Fahrer; Frachtführer; Fuhrmann; Führer; Kutscher; Lenker; Reiter; Wagenführer
conducteur	Chauffeur; Fahrer; Frachtführer; Fuhrmann; Führer; Kutscher; Lenker; Reiter; Wagenführer	Autofahrer; Automobilist; Begleiter; Elektrizitätsleiter; Fahrzeughalter; Führer; Leiter; Lokführer; Lokomotivführer; Maschinist; Schiene; Wärmeleiter; Zugführer
pilote	Chauffeur; Fahrer; Fuhrmann; Kutscher	Drache; Flieger; Flugkapitän; Flugzeugkapitän; Gerätetreiber; Pilot; Pilotversuch; Treiber
politicien	Chauffeur; Fahrer; Lenker; Politiker; Staatsmann
voiturier	Fahrer; Fuhrmann; Kutscher
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
conducteur		geleitend

Fahrer

noun

jemand, der [1] beruflich macht
- Fahrer → chauffeur
jemand, der ein Fahrzeug steuern / lenken / bedienen / fahren
- Fahrer → conducteur

Fahrer

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• Fahrer	→ conducteur	↔ driver — one who drives something
• Fahrer	→ conducteur; chauffeur	↔ driver — person who drives a motorized vehicle, such as a car or a bus
• Fahrer	→ conductrice; conducteur	↔ driver — person who drives some other vehicle
• Fahrer	→ conducteur; chauffeur	↔ chauffeur — de bestuurder van een motorvoertuig
• Fahrer	→ conducteur; chauffeur	↔ bestuurder — een persoon die een voertuig of andere machine bestuurt