Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Blessur:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Blessur (Duits) in het Frans

Blessur:

Blessur [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Blessur (Verletzung; Verwundung; Wunde)
    la blessure; la plaie; la lésion; le traumatisme
  2. die Blessur (Verletzung; Wunde; Schädigung; Verwundung)
    la plaie; la blessure; la lésion; le trauma; le traumatisme
    • plaie [la ~] zelfstandig naamwoord
    • blessure [la ~] zelfstandig naamwoord
    • lésion [la ~] zelfstandig naamwoord
    • trauma [le ~] zelfstandig naamwoord
    • traumatisme [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Blessur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blessure Blessur; Schädigung; Verletzung; Verwundung; Wunde Beschädigen; Kränkung; Prellung; Verletzen; Verletzung; Verwundung; Übel
lésion Blessur; Schädigung; Verletzung; Verwundung; Wunde Beule; Finne; Fleischwunde; Meniskusriß; Pickel; Pustel; Quetschung; Quetschwunde; Schwellung
plaie Blessur; Schädigung; Verletzung; Verwundung; Wunde Fleischwunde; Terror
trauma Blessur; Schädigung; Verletzung; Verwundung; Wunde
traumatisme Blessur; Schädigung; Verletzung; Verwundung; Wunde Trauma; Unfallverletzung; Verletzung; Verwundung

Synoniemen voor "Blessur":