Ausstrahlung in het Frans vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

Ausstrahlung:
- charisme; rayonnement; programme; émission; retransmission; radiodiffusion; radiation; rayon; irradiation; halo; aura; auréole
Wiktionary:
- Ausstrahlung → émission

Duits

Uitgebreide vertaling voor Ausstrahlung (Duits) in het Frans

Ausstrahlung:

Ausstrahlung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Ausstrahlung (Charisma)
le charisme; le rayonnement
- charisme [le ~] zelfstandig naamwoord
- rayonnement [le ~] zelfstandig naamwoord
die Ausstrahlung (Radio-aussendung; Sendung; Übertragung)
le programme; l'émission; la retransmission; la radiodiffusion
- programme [le ~] zelfstandig naamwoord
- émission [la ~] zelfstandig naamwoord
- retransmission [la ~] zelfstandig naamwoord
- radiodiffusion [la ~] zelfstandig naamwoord
die Ausstrahlung (Abstrahlung; Strahlung)
la radiation; le rayonnement; le rayon; l'irradiation
- radiation [la ~] zelfstandig naamwoord
- rayonnement [le ~] zelfstandig naamwoord
- rayon [le ~] zelfstandig naamwoord
- irradiation [la ~] zelfstandig naamwoord
die Ausstrahlung (Aura)
l'halo; l'aura; l'auréole
- halo [le ~] zelfstandig naamwoord
- aura [la ~] zelfstandig naamwoord
- auréole [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Ausstrahlung:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aura	Aura; Ausstrahlung	Glorienschein; Heiligenschein
auréole	Aura; Ausstrahlung	Aureole; Gebiet; Glorienschein; Heiligenschein; Kreis; Kringel; Ring; Runde; Strahlenkrone
charisme	Ausstrahlung; Charisma
halo	Aura; Ausstrahlung	Aureole; Gebiet; Glorienschein; Heiligenschein; Kreis; Kringel; Ring; Runde; Strahlenkrone
irradiation	Abstrahlung; Ausstrahlung; Strahlung	Bestrahlung
programme	Ausstrahlung; Radio-aussendung; Sendung; Übertragung	Anwendung; App; Programm
radiation	Abstrahlung; Ausstrahlung; Strahlung	Abstrahlung; Ausschließung; Ausschreibung; Aussperrung; Ausstoßung; Entfernung; Löschung
radiodiffusion	Ausstrahlung; Radio-aussendung; Sendung; Übertragung	Hörfolge; Hörfunk; Radio; Radioprogramm; Rundfunkprogramm; Sendung; Übertragung
rayon	Abstrahlung; Ausstrahlung; Strahlung	Abschnitt; Abteilung; Anteil; Bestandteil; Bezirk; Brett; Bücherbrett; Dezernat; Division; Element; Fachbereich; Funke; Fünkchen; Gebiet; Gelände; Geschäftsstelle; Grundstück; Gut; Halbmesser; Radius; Regal; Revier; Schrankfach; Segment; Sektion; Spake; Speiche; Stab; Stange; Stock; Strahl; Strahlenbündel; Stück; Teil; Teilchen; Territorium; Verwaltungsregion; Zone; Zweigstelle
rayonnement	Abstrahlung; Ausstrahlung; Charisma; Strahlung	Abstrahlen; Abstrahlung; Bestrahlung; Strahlen
retransmission	Ausstrahlung; Radio-aussendung; Sendung; Übertragung	Wiederholung; wiederholte Ausstrahlung
émission	Ausstrahlung; Radio-aussendung; Sendung; Übertragung	Ausgabe; Ausstoß; Distribution; Emission; Emmision; Erteilung; Herausgabe; Hörfolge; Hörfunk; Radio; Radioprogramm; Rundfunkprogramm; Sendung; Übertragung

Synoniemen voor "Ausstrahlung":

Aura; bezaubernde Wirkung; Charisma; Magie; magische Kraft; Verzauberung; Zauberkraft; Charaktereigenschaft; Charakterzug; Eigenschaft; Einstellung; Haltung; Merkmal; Zug
Aussendung
Anziehungskraft; Attraktivität; Faszination

Wiktionary: Ausstrahlung

Cross Translation:

From	To	Via
• Ausstrahlung	→ émission	↔ broadcast — a radio or TV transmission on air

Verwante vertalingen van Ausstrahlung

Remove Ads

Vertaal Ausstrahlung van Duits naar Frans

Uitgebreide vertaling voor Ausstrahlung (Duits) in het Frans

Ausstrahlung:

Ausstrahlung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Ausstrahlung (Charisma)

die Ausstrahlung (Radio-aussendung; Sendung; Übertragung)

die Ausstrahlung (Abstrahlung; Strahlung)

die Ausstrahlung (Aura)

Vertaal Matrix voor Ausstrahlung:

Synoniemen voor "Ausstrahlung":

Wiktionary: Ausstrahlung

Verwante vertalingen van Ausstrahlung