Home ->Woordenboeken ->Duits/Frans ->Vertaal Allianz

Vertaal Allianz van Duits naar Frans

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

Allianz:
- alliance; lien; union; entente; solidarité
Wiktionary:
- Allianz → alliance, ligue
- Allianz → alliance, pacte, coalition

Duits

Uitgebreide vertaling voor Allianz (Duits) in het Frans

Allianz:

Allianz [die ~] zelfstandig naamwoord

die Allianz (Verbindung; Konnexion)
l'alliance; le lien; l'union; l'entente; la solidarité
- alliance [la ~] zelfstandig naamwoord
- lien [le ~] zelfstandig naamwoord
- union [la ~] zelfstandig naamwoord
- entente [la ~] zelfstandig naamwoord
- solidarité [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Allianz:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
alliance	Allianz; Konnexion; Verbindung	Alliiern; Assoziation; Bindung; Bruderschaft; Brüderschaft; Bund; Bündnis; Ehe; Ehegemeinschaft; Ehering; Ehestand; Einigkeit; Einigung; Eintracht; Gebundenheit; Gemeinschaft; Genossenschaft; Gesellschaft; Gilde; Heirat; Hochzeit; Hochzeitsfeier; Hochzeitsfest; Hochzeitstag; Kameradschaft; Klub; Koalition; Korporation; Körperschaft; Landesbund; Liga; Machtblock; Pakt; Solidarität; Tag der Eheschließung; Trauring; Trauung; Verband; Verbindung; Verein; Vereinigung; Verschreibung; Vertrag; Zusammengehörigkeit; Zusammenschluß
entente	Allianz; Konnexion; Verbindung	Einhelligkeit; Einigkeit; Einmütigkeit; Einstimmigkeit; Eintracht; Einvernehmen; Einverständnis; Geschlossenheit; Gleichförmigkeit; Kartellabsprache; Solidarität; Verträglichkeit; Zusammengehörigkeit; Übereinstimming
lien	Allianz; Konnexion; Verbindung	Anschluß; Beziehung; Binde; Bindung; Einheitlichkeit; Gemeinschaft; Konnex; Konnexion; Kontext; Link; Schließriefen; Verband; Verbindung; Vertrag; Zusammenhang
solidarité	Allianz; Konnexion; Verbindung	Einigkeit; Eintracht; Schicksalsverbundenheit; Solidarität; Solidaritätsgefühl; Verbundenheit; Zusammengehörigkeit; Zusammengehörigkeitsgefühl
union	Allianz; Konnexion; Verbindung	Amalgamation; Assoziation; Bindung; Bruderschaft; Brüderschaft; Bund; Bündnis; Ehe; Ehegemeinschaft; Ehestand; Einhelligkeit; Einigkeit; Einigung; Einmütigkeit; Einstimmigkeit; Eintracht; Einverständnis; Fusion; Föderation; Gebundenheit; Gemeinschaft; Gemisch; Genossenschaft; Geschlossenheit; Gesellschaft; Gilde; Gleichförmigkeit; Harmonie; Heirat; Hochzeit; Hochzeitstag; Kameradschaft; Klub; Koalition; Konnexion; Kopplung; Korporation; Körperschaft; Liga; Mengen; Mischung; Pakt; Solidarität; Staatenbund; Tag der Eheschließung; Trauung; Union; Verband; Verbindung; Verein; Vereinigung; Vermischung; Verschmelzung; Vertrag; Verträglichkeit; Zusammenfügung; Zusammengehörigkeit; Zusammenklang; Zusammenlegung; Zusammenschluß; Zusammenschmelzung; Zusammentun; verbinden; Übereinstimming

Synoniemen voor "Allianz":

Bund; Bündnis; Föderation; Koalition; Konföderation; Pakt; Schulterschluss; Staatenbund; Union; Vereinigung; Zusammenschluss

Wiktionary: Allianz

Allianz

noun

Bündnis, (an einen Vertrag gebundener) Zusammenschluss
- Allianz → alliance

Allianz

noun

Union entre personnes, qui est le résultat d’une entente ou d’un pacte.
- alliance → Allianz; Bund; Bündnis; Vertragsgemeinschaft
confédération de plusieurs État, pour se défendre ou pour attaquer.
- ligue → Allianz; Band; Bund; Bündnis; Liga; Verband; Verbindung

Cross Translation:

From	To	Via
• Allianz	→ alliance	↔ alliance — state of being allied
• Allianz	→ alliance	↔ alliance — union resembling that of families or states
• Allianz	→ alliance	↔ alliance — treaty between nations
• Allianz	→ pacte; alliance	↔ verbond — een verdrag tussen staat, zakenpartners of individuen, omwille van een gemeenschappelijk voordeel
• Allianz	→ coalition; alliance	↔ bondgenootschap — een verdrag tussen staat, zakenpartners of individuen, omwille van een gemeenschappelijk voordeel
• Allianz	→ alliance	↔ alliantie — een bondgenootschap