Duits
Uitgebreide vertaling voor übervoll (Duits) in het Frans
übervoll:
-
übervoll (gedrängt voll; überfüllt; gepfropft voll; vollgestopft; gerammelt voll; gestopft voll)
bondé; surchargé; comble; plein comme un oeuf; bourré de; bourré; plein à craquer-
bondé bijvoeglijk naamwoord
-
surchargé bijvoeglijk naamwoord
-
comble bijvoeglijk naamwoord
-
plein comme un oeuf bijvoeglijk naamwoord
-
bourré de bijvoeglijk naamwoord
-
bourré bijvoeglijk naamwoord
-
plein à craquer bijvoeglijk naamwoord
-
-
übervoll (gedrängt voll; zusammengedrängt; gerammeltvoll; voll; überfüllt; vollgestopft; gerammelt voll)
surchargé; bourré de; comble; plein à déborder-
surchargé bijvoeglijk naamwoord
-
bourré de bijvoeglijk naamwoord
-
comble bijvoeglijk naamwoord
-
plein à déborder bijvoeglijk naamwoord
-
-
übervoll (gerammelt voll; voll; überfüllt; vollgestopft; gedrängt voll)
l'un sur l'autre; l'un contre l'autre-
l'un sur l'autre bijvoeglijk naamwoord
-
l'un contre l'autre bijvoeglijk naamwoord
-