Habgier: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

Duits

Uitgebreide vertaling voor Habgier (Duits) in het Frans

die Habgier (Gier)
la cupidité; l'avarice; l'avidité; l'égoïsme
- cupidité [la ~] zelfstandig naamwoord
- avarice [la ~] zelfstandig naamwoord
- avidité [la ~] zelfstandig naamwoord
- égoïsme [le ~] zelfstandig naamwoord
die Habgier (Gier; Geiz)
l'avidité; l'avarice
- avidité [la ~] zelfstandig naamwoord
- avarice [la ~] zelfstandig naamwoord
die Habgier (Geiz; Knauserigkeit; Raffgier; Knauserei)
l'avidité; la rapacité
- avidité [la ~] zelfstandig naamwoord
- rapacité [la ~] zelfstandig naamwoord
die Habgier (Raubgier)
la rapacité
- rapacité [la ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
avarice	Geiz; Gier; Habgier	Geldgier
avidité	Geiz; Gier; Habgier; Knauserei; Knauserigkeit; Raffgier	Begehr; Begehren; Gefräßigkeit; Geiz; Gier; Habgierigkeit; Knauserei; Lernbegierde; Lust; Verlangen; ein großes Verlangen
cupidité	Gier; Habgier
rapacité	Geiz; Habgier; Knauserei; Knauserigkeit; Raffgier; Raubgier
égoïsme	Gier; Habgier	Egoismus; Eigennutz; Selbstsucht

Gier; Raffgier; Affekt; Emotion; Empfindung; Gefühl; Gefühlsbewegung; Gefühlsregung; Gespür; Regung; Sentiment; Stimmungslage
Habsucht

Habgier

noun

Habsucht, Habgier ist die Gier, möglichst viel zu haben, das Streben nach immer mehr Besitz
- Habgier → cupidité; avidité

Habgier

noun