Home ->Woordenboeken ->Duits/Frans ->Zoek: Epidemie

Duitse en Franse zoekresultaten voor: Epidemie

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

Epidemie:
- plaies; épidémie; peste; fléau; maladie contagieuse
Wiktionary:
- Epidemie → épidémie
- Epidemie → épidémie

Frans naar Duits: Meer gegevens...

épidémie:
- Epidemie; Plage; Pest; Seuche
Wiktionary:
- épidémie → Epidemie, Infektionskrankheit, Seuche
- épidémie → Seuche, Epidemie

Duits

Uitgebreide vertaling voor Epidemie (Duits) in het Frans

Epidemie:

Epidemie [die ~] zelfstandig naamwoord

die Epidemie (Plage; Pest; Seuche)
la plaies; l'épidémie; la peste; le fléau; la maladie contagieuse
- plaies [la ~] zelfstandig naamwoord
- épidémie [la ~] zelfstandig naamwoord
- peste [la ~] zelfstandig naamwoord
- fléau [le ~] zelfstandig naamwoord
- maladie contagieuse [la ~] zelfstandig naamwoord
die Epidemie
l'épidémie
- épidémie [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Epidemie:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fléau	Epidemie; Pest; Plage; Seuche
maladie contagieuse	Epidemie; Pest; Plage; Seuche	Ansteckungskrankheit; Infektionsgefahrliche Krankheit; Infektionskrankheit; Seuche
peste	Epidemie; Pest; Plage; Seuche	Plage; Quälgeist; Seuche; verdammter Kerl
plaies	Epidemie; Pest; Plage; Seuche
épidémie	Epidemie; Pest; Plage; Seuche

Synoniemen voor "Epidemie":

Gottesgeißel; Infektionskrankheit; Seuche; Volkskrankheit

Wiktionary: Epidemie

Epidemie

noun

massenhaftes Auftreten einer Krankheit innerhalb einer Population
- Epidemie → épidémie

Epidemie

noun

médecine|fr maladie qui atteindre en même temps et dans le même lieu un grand nombre de personnes ou d'animaux.
- épidémie → Epidemie; Infektionskrankheit; Seuche

Cross Translation:

From	To	Via
• Epidemie	→ épidémie	↔ epidemic — widespread disease
• Epidemie	→ épidémie	↔ epidemie — besmettelijke ziekte die zich snel verspreidt onder een groep van mensen

Frans

Uitgebreide vertaling voor Epidemie (Frans) in het Duits

épidémie:

épidémie [la ~] zelfstandig naamwoord

l'épidémie (fléau; plaies; peste; maladie contagieuse)
die Epidemie; die Plage; die Pest; die Seuche
- Epidemie [die ~] zelfstandig naamwoord
- Plage [die ~] zelfstandig naamwoord
- Pest [die ~] zelfstandig naamwoord
- Seuche [die ~] zelfstandig naamwoord
l'épidémie
die Epidemie
- Epidemie [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor épidémie:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Epidemie	fléau; maladie contagieuse; peste; plaies; épidémie
Pest	fléau; maladie contagieuse; peste; plaies; épidémie
Plage	fléau; maladie contagieuse; peste; plaies; épidémie	peste; peste bubonique
Seuche	fléau; maladie contagieuse; peste; plaies; épidémie	adversité; détresse; indigence; maladie contagieuse; misère; nécessité; pauvreté; peste; peste bubonique

Synoniemen voor "épidémie":

endémie; contagion; pandémie; épiphytie; épizootie; infection; pestilence; puanteur; putréfaction; corruption; empoisonnement; septicémie

Wiktionary: épidémie

épidémie

noun

médecine|fr maladie qui atteindre en même temps et dans le même lieu un grand nombre de personnes ou d'animaux.
- épidémie → Epidemie; Infektionskrankheit; Seuche

épidémie

noun

Infektionskrankheiten, die in der Form einer Epidemie oder in der Form einer Pandemie bei Mensch oder Tier auftreten
- Seuche → épidémie
massenhaftes Auftreten einer Krankheit innerhalb einer Population
- Epidemie → épidémie

Cross Translation:

From	To	Via
• épidémie	→ Seuche; Epidemie	↔ epidemic — widespread disease
• épidémie	→ Epidemie	↔ epidemie — besmettelijke ziekte die zich snel verspreidt onder een groep van mensen