Overzicht
Duits naar Frans: Meer gegevens...
-
summieren:
-
Wiktionary:
summieren → sommer, abréger, résumer
summieren → additionner -
Synoniemen voor "summieren":
belaufen; addieren; aufaddieren; aufsummieren; zusammenzählen; aggregieren; zusammenfassen
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor summieren (Duits) in het Frans
Spelling Suggesties voor: summieren
summieren:
Synoniemen voor "summieren":
Wiktionary: summieren
summieren
Cross Translation:
verb
summieren
-
eine Summe bilden
- summieren → sommer
-
zusammenzählen
- summieren → sommer
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• summieren | → additionner | ↔ sum — to add together |
Computer vertaling door derden: