Home ->Woordenboeken ->Duits/Frans ->Zoek: Gespann

Duitse en Franse zoekresultaten voor: Gespann

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

Gespann:
- ensemble; couple; paire; groupe paire
Wiktionary:
- Gespann → attelage

Duits

Uitgebreide vertaling voor Gespann (Duits) in het Frans

Gespann:

Gespann [das ~] zelfstandig naamwoord

Gespann (Gruppe von zwei oder mehr; Paar)
l'ensemble; le couple; la paire; le groupe paire
- ensemble [le ~] zelfstandig naamwoord
- couple [le ~] zelfstandig naamwoord
- paire [la ~] zelfstandig naamwoord
- groupe paire [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Gespann:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
couple	Gespann; Gruppe von zwei oder mehr; Paar	Liebespaar; Paar; zwei Personen die zusammen gehören; zwei Stück
ensemble	Gespann; Gruppe von zwei oder mehr; Paar	Anzug; Bund; Bündel; Ensemble; Kleid; Kombination; Komplet; Kostüm; Kästchen; Paket; Postpaket; Päckchen; Smoking; Uniform; kleinePaket
groupe paire	Gespann; Gruppe von zwei oder mehr; Paar
paire	Gespann; Gruppe von zwei oder mehr; Paar	Liebespaar; Paar; zwei Personen die zusammen gehören; zwei Stück
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ensemble		Artikelpaket; Menge; Satz; benannte Menge
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ensemble		beieinander; beisammen; gemein; gemeinsam; gemeinschaftlich; ineinander; mit einander; miteinander; zusammen; zuzweit

Synoniemen voor "Gespann":

Duo; Liebespaar; Paar; Pärchen; zwei Menschen; Bündelung; Clusterung; Gruppierung

Wiktionary: Gespann

Gespann

noun

mehrere mittels eines Geschirrs miteinander verbundene Zugtiere (etwa Pferde, Ochsen oder Hunde)
- Gespann → attelage