Overzicht
Duits naar Frans: Meer gegevens...
-
unbedingt:
- vraiment; sûr; véritablement; entier; certain; juste; véridiquement; complet; certes; certainement; véridique; mais si!; sans doute; positif; parfait; assurément; absolument; inconditionnellement; absolu; pertinent; incontestable; incontestablement; inconditionnel; catégorique; sans réserve; indubitable; ferme; final; formel; formellement; catégoriquement; sans conditions; complètement; décidé; indéniable; pertinemment; sans aucun doute; positivement; d'une façon décidée; coûte que coûte; forcément
-
Wiktionary:
- unbedingt → absolu, indispensable
- unbedingt → absolument, en tout cas, sans faute
Duits
Uitgebreide vertaling voor unbedingt (Duits) in het Frans
unbedingt:
-
unbedingt (sicher)
vraiment; sûr; véritablement; entier; certain; juste; véridiquement; complet; certes; certainement; véridique; mais si!; sans doute; positif; parfait-
vraiment bijvoeglijk naamwoord
-
sûr bijvoeglijk naamwoord
-
véritablement bijvoeglijk naamwoord
-
entier bijvoeglijk naamwoord
-
certain bijvoeglijk naamwoord
-
juste bijvoeglijk naamwoord
-
véridiquement bijvoeglijk naamwoord
-
complet bijvoeglijk naamwoord
-
certes bijvoeglijk naamwoord
-
certainement bijvoeglijk naamwoord
-
véridique bijvoeglijk naamwoord
-
mais si! bijvoeglijk naamwoord
-
sans doute bijvoeglijk naamwoord
-
positif bijvoeglijk naamwoord
-
parfait bijvoeglijk naamwoord
-
-
unbedingt (sicher; ungezweifelt; gewiß)
sûr; certainement; sans doute; assurément; véritablement; vraiment; certes; véridiquement; mais si!-
sûr bijvoeglijk naamwoord
-
certainement bijvoeglijk naamwoord
-
sans doute bijvoeglijk naamwoord
-
assurément bijvoeglijk naamwoord
-
véritablement bijvoeglijk naamwoord
-
vraiment bijvoeglijk naamwoord
-
certes bijvoeglijk naamwoord
-
véridiquement bijvoeglijk naamwoord
-
mais si! bijvoeglijk naamwoord
-
-
unbedingt (absolut)
absolument; inconditionnellement; absolu; sûr; certainement; pertinent; incontestable; incontestablement; certain; inconditionnel; catégorique; sans réserve; indubitable; ferme; final; sans doute; formel; formellement; catégoriquement; sans conditions; complètement; décidé; indéniable; assurément; pertinemment; sans aucun doute; positivement; d'une façon décidée-
absolument bijvoeglijk naamwoord
-
inconditionnellement bijvoeglijk naamwoord
-
absolu bijvoeglijk naamwoord
-
sûr bijvoeglijk naamwoord
-
certainement bijvoeglijk naamwoord
-
pertinent bijvoeglijk naamwoord
-
incontestable bijvoeglijk naamwoord
-
incontestablement bijvoeglijk naamwoord
-
certain bijvoeglijk naamwoord
-
inconditionnel bijvoeglijk naamwoord
-
catégorique bijvoeglijk naamwoord
-
sans réserve bijvoeglijk naamwoord
-
indubitable bijvoeglijk naamwoord
-
ferme bijvoeglijk naamwoord
-
final bijvoeglijk naamwoord
-
sans doute bijvoeglijk naamwoord
-
formel bijvoeglijk naamwoord
-
formellement bijvoeglijk naamwoord
-
catégoriquement bijvoeglijk naamwoord
-
sans conditions bijvoeglijk naamwoord
-
complètement bijvoeglijk naamwoord
-
décidé bijvoeglijk naamwoord
-
indéniable bijvoeglijk naamwoord
-
assurément bijvoeglijk naamwoord
-
pertinemment bijvoeglijk naamwoord
-
sans aucun doute bijvoeglijk naamwoord
-
positivement bijvoeglijk naamwoord
-
d'une façon décidée bijvoeglijk naamwoord
-
-
unbedingt (per se; zwingend)
-
unbedingt
Vertaal Matrix voor unbedingt:
Synoniemen voor "unbedingt":
Wiktionary: unbedingt
unbedingt
unbedingt
Cross Translation:
-
-
-
Dont on ne peut se dispenser.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• unbedingt | → en tout cas | ↔ in any case — at any rate |
• unbedingt | → absolument; sans faute | ↔ without fail — certainly |