Home ->Woordenboeken ->Duits/Frans ->Zoek: Pauke

Duitse en Franse zoekresultaten voor: Pauke

Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Pauke:
  2. pauken:
  3. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Pauke (Duits) in het Frans

Pauke:

Pauke [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Pauke
    la timbale
    • timbale [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Pauke:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
timbale Pauke

Wiktionary: Pauke

Pauke
noun
  1. Musik: ein Schlaginstrument mit einem metallenem Kessel, der mit natürlichem oder künstlichem Fell bespannt ist; die Tonhöhe kann durch verschieden starke Spannung des Fells verändert werden
Cross Translation:
FromToVia
• Pauke → timbale ↔ pauk — een grote verstembare keteltrommel zoals gebruikt in een orkest
• Pauke → timbales ↔ timpani — kettledrums

pauken:

pauken werkwoord (pauke, paukst, paukt, paukte, pauktet, gepaukt)

  1. pauken (büffeln)
    bosser; bûcher; potasser
    • bosser werkwoord (bosse, bosses, bossons, bossez, )
    • bûcher werkwoord (bûche, bûches, bûchons, bûchez, )
    • potasser werkwoord (potasse, potasses, potassons, potassez, )

Conjugations for pauken:

Präsens
  1. pauke
  2. paukst
  3. paukt
  4. pauken
  5. paukt
  6. pauken
Imperfekt
  1. paukte
  2. pauktest
  3. paukte
  4. paukten
  5. pauktet
  6. paukten
Perfekt
  1. habe gepaukt
  2. hast gepaukt
  3. hat gepaukt
  4. haben gepaukt
  5. habt gepaukt
  6. haben gepaukt
1. Konjunktiv [1]
  1. pauke
  2. paukest
  3. pauke
  4. pauken
  5. pauket
  6. pauken
2. Konjunktiv
  1. paukte
  2. pauktest
  3. paukte
  4. paukten
  5. pauktet
  6. paukten
Futur 1
  1. werde pauken
  2. wirst pauken
  3. wird pauken
  4. werden pauken
  5. werdet pauken
  6. werden pauken
1. Konjunktiv [2]
  1. würde pauken
  2. würdest pauken
  3. würde pauken
  4. würden pauken
  5. würdet pauken
  6. würden pauken
Diverses
  1. pauk!
  2. paukt!
  3. pauken Sie!
  5. gepaukt
  6. paukend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor pauken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bûcher Holzstoß; Holzstöße; Scheiterhaufen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bosser büffeln; pauken
bûcher büffeln; pauken büffeln; einstudieren; lernen; ochsen; studieren
potasser büffeln; pauken einstudieren; lernen; studieren

Synoniemen voor "pauken":


Wiktionary: pauken

Cross Translation:
FromToVia
• pauken → bûcher; bosser; bourrer; potasser; crâne ↔ cram — to swot
• pauken → bûcher; bosser; potasser ↔ swot — study hard







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0408 seconde
Page rendered in 1.0 seconds