Duits
Uitgebreide vertaling voor zusammen (Duits) in het Frans
zusammen:
-
zusammen (mit einander)
-
zusammen (beieinander; gemeinsam)
-
zusammen (gemeinschaftlich; gemeinsam; miteinander; gemein)
collectif; conjointement; conjoint; en commun; ensemble; concerté; commun; réuni; de concert; en somme-
collectif bijvoeglijk naamwoord
-
conjointement bijvoeglijk naamwoord
-
conjoint bijvoeglijk naamwoord
-
en commun bijvoeglijk naamwoord
-
ensemble bijvoeglijk naamwoord
-
concerté bijvoeglijk naamwoord
-
commun bijvoeglijk naamwoord
-
réuni bijvoeglijk naamwoord
-
de concert bijvoeglijk naamwoord
-
en somme bijvoeglijk naamwoord
-
-
zusammen
-
zusammen (aneinander)
-
zusammen (aufeinander; aneinander)
l'un sur l'autre; l'un contre l'autre-
l'un sur l'autre bijvoeglijk naamwoord
-
l'un contre l'autre bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor zusammen:
Synoniemen voor "zusammen":
Wiktionary: zusammen
zusammen
Cross Translation:
adverb
zusammen
-
gemeinschaftlich
- zusammen → ensemble
-
-
- zusammen → en même temps; à la fois
adverb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• zusammen | → contigu | ↔ contiguous — connected, touching, abutting |
• zusammen | → ensemble | ↔ together — at the same time, in the same place |
• zusammen | → ensemble | ↔ samen — met iemand |