Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Hersteller:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Hersteller (Duits) in het Frans

Hersteller:

Hersteller [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Hersteller (Fabrikant; Produzent; Darsteller; )
    le fabricant; le producteur; l'industriel; le constructeur
  2. der Hersteller (Entwerfer; Autor; Schöpfer; )
    l'auteur; le constructeur; le fabricant; l'architecte; le faiseur
  3. der Hersteller (Produzent; Erzeuger)
    le producteur; l'éleveur; le cultivateur; le fabricant
  4. der Hersteller (Verfasser)
    le constructeur

Vertaal Matrix voor Hersteller:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
architecte Autor; Entwerfer; Erbauer; Erzeuger; Gestalter; Hersteller; Schöpfer; Urheber Architekt; Architektin; Autor; Baukundige; Baumeister; Bautechniker; Entwerfer; Erbauer; Gestalter; Gott; Komponist; Schöpfer
auteur Autor; Entwerfer; Erbauer; Erzeuger; Gestalter; Hersteller; Schöpfer; Urheber Autor; Autorin; Bearbeiter; Briefeschreiber; Dichter; Dichterin; Entwerfer; Erbauer; Erreger; Ersteller; Erzeuger; Gestalter; Gott; Komponist; Macher; Poet; Schreiber; Schriftsteller; Schriftstellerin; Schöpfer; Täter; Verfasser
constructeur Autor; Darsteller; Entwerfer; Erbauer; Erzeuger; Fabrikant; Fabrikbesitzer; Gestalter; Hersteller; Hervorbringer; Produzent; Schöpfer; Urheber; Verfasser Autor; Bauarbeiter; Bauunternehmer; Entwerfer; Erbauer; Gestalter; Gott; Komponist; Konstrukteur; Konstruktor; Schöpfer
cultivateur Erzeuger; Hersteller; Produzent Agrarier; Anbauer; Bauer; Erzeuger; Gartenbauer; Landwirt; Produzent; Züchter
fabricant Autor; Darsteller; Entwerfer; Erbauer; Erzeuger; Fabrikant; Fabrikbesitzer; Gestalter; Hersteller; Hervorbringer; Produzent; Schöpfer; Urheber Autor; Entwerfer; Erbauer; Gestalter; Gott; Komponist; Schöpfer
faiseur Autor; Entwerfer; Erbauer; Erzeuger; Gestalter; Hersteller; Schöpfer; Urheber Autor; Bauarbeiter; Entwerfer; Erbauer; Gestalter; Gott; Komponist; Schöpfer
industriel Darsteller; Erzeuger; Fabrikant; Fabrikbesitzer; Hersteller; Hervorbringer; Produzent
producteur Darsteller; Erzeuger; Fabrikant; Fabrikbesitzer; Hersteller; Hervorbringer; Produzent Anbauer; Erzeuger; Gartenbauer; Produzent; Züchter
éleveur Erzeuger; Hersteller; Produzent Anbauer; Erzeuger; Gartenbauer; Produzent; Viehzüchter; Züchter
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
constructeur schöpfend
industriel gewerblich; industriel; industriell

Synoniemen voor "Hersteller":


Wiktionary: Hersteller

Hersteller
noun
  1. das Unternehmen, das einen bestimmten Artikel herstellt (produziert)
Hersteller
noun
  1. industriel ou artisan qui fabriquer ou qui faire fabriquer.

Cross Translation:
FromToVia
Hersteller fabricant maker — one who makes
Hersteller fabricant manufacturer — one who manufactures
Hersteller producteur producer — in economics