De jure: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

de jure:
- Wiktionary:
  de jure → de jure, de droit
- Synoniemen voor "de jure":
  gerichtlich; jur.; juristisch; rechtlich; von Rechts wegen

Frans naar Duits: Meer gegevens...

jurer:
- fluchen; schwören; eitern; abschwören; einen Eid schwören
juré:
- Geschworene; Geschworener; Vereidigter
- geschworen; bezeugt
Wiktionary:
- de jure → de jure
- jurer → beeidigen, schwören, beschwören
- jurer → fluchen, schimpfen, schwören, geloben
- juré → Schöffe
- juré → Geschworene, Geschworener

Duits

Uitgebreide vertaling voor de jure (Duits) in het Frans

de jure:

Synoniemen voor "de jure":

gerichtlich; jur.; juristisch; rechtlich; von Rechts wegen

Wiktionary: de jure

de jure

von Rechts wegen, rechtlich gesehen
- de jure → de jure

Cross Translation:

From	To	Via
• de jure	→ de droit; de jure	↔ de jure — by right

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van de jure

öde
Öde

Frans

Uitgebreide vertaling voor de jure (Frans) in het Duits

jurer:

jurer werkwoord (jure, jures, jurons, jurez, jurent, jurais, jurait, jurions, juriez, juraient, jurai, juras, jura, jurâmes, jurâtes, jurèrent, jurerai, jureras, jurera, jurerons, jurerez, jureront)

jurer (injurier; lâcher des jurons)
fluchen
- fluchen werkwoord (fluche, fluchst, flucht, fluchte, fluchtet, geflucht)
jurer (prêter serment)
schwören; eitern; abschwören
- schwören werkwoord (schwöre, schwörst, schwört, schwur, schwurt, geschworen)
- eitern werkwoord (eitere, eiterst, eitert, eiterte, eitertet, geeitert)
- abschwören werkwoord (abschwöre ab, abschwörst ab, abschwört ab, abschwörte ab, abschwörtet ab, abgeschwört)
jurer (faire le serment de; s'ulcérer)
schwören; einen Eid schwören
- schwören werkwoord (schwöre, schwörst, schwört, schwur, schwurt, geschworen)
- einen Eid schwören werkwoord

Conjugations for jurer:

Présent

jure
jures
jure
jurons
jurez
jurent

imparfait

jurais
jurais
jurait
jurions
juriez
juraient

passé simple

jurai
juras
jura
jurâmes
jurâtes
jurèrent

futur simple

jurerai
jureras
jurera
jurerons
jurerez
jureront

subjonctif présent

que je jure
que tu jures
qu'il jure
que nous jurions
que vous juriez
qu'ils jurent

conditionnel présent

jurerais
jurerais
jurerait
jurerions
jureriez
jureraient

passé composé

ai juré
as juré
a juré
avons juré
avez juré
ont juré

divers

jure!
jurez!
jurons!
juré
jurant

1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor jurer:

Synoniemen voor "jurer":

blasphémer; injurier; insulter; maudire; sacrer; contraster; ressortir; détonner; trancher; attester; promettre; témoigner; pester; fulminer; fumer; rager; maugréer; grogner; invectiver; engager; assurer; obliger; certifier; affirmer; dire; vouer; espérer; compter; présager; prédire; bénir

Wiktionary: jurer

jurer

verb

Traductions à trier suivant le sens
- jurer → beeidigen; schwören; beschwören

jurer

verb

einen Schwur oder Eid ablegen, abgeben, leisten
- schwören → jurer

Cross Translation:

From	To	Via
• jurer	→ fluchen	↔ vloeken — uitroepen van vloekwoorden, beledigende taal gebruiken
• jurer	→ schimpfen	↔ schelden — krenkende of beledigende woorden uitspreken op heftige of ruwe toon
• jurer	→ schwören	↔ zweren — een eed afleggen
• jurer	→ schwören	↔ swear — to take an oath
• jurer	→ schimpfen; fluchen	↔ swear — to curse, to use offensive language
• jurer	→ schwören; geloben	↔ vow — To make a vow

juré:

juré [le ~] zelfstandig naamwoord

le juré
der Geschworene
- Geschworene [der ~] zelfstandig naamwoord
le juré
der Geschworener; der Vereidigter
- Geschworener [der ~] zelfstandig naamwoord
- Vereidigter [der ~] zelfstandig naamwoord

juré bijvoeglijk naamwoord

juré
geschworen; bezeugt
- geschworen bijvoeglijk naamwoord
- bezeugt bijvoeglijk naamwoord
juré
geschworen
- geschworen bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor juré:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Geschworene	juré
Geschworener	juré
Vereidigter	juré
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bezeugt	juré
geschworen	juré

Synoniemen voor "juré":

déclaré; promis; garanti; prédit; prévu; fiancé; assuré; certifié; affirmé; dit; espéré; compté; présagé

Wiktionary: juré

juré

noun

in Deutschland: juristischer Laie, der ehrenamtlich an der Urteilsfindung im Rahmen von Strafverfahren beteiligt ist
- Schöffe → juré

Cross Translation:

From	To	Via
• juré	→ Geschworene; Geschworener	↔ juror — jury member

Wiktionary: de jure

de jure

von Rechts wegen, rechtlich gesehen
- de jure → de jure

Cross Translation:

From	To	Via
• de jure	→ de jure	↔ de jure — by right

Computer vertaling door derden:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
abschwören	jurer; prêter serment	abjurer; manquer; négliger; omettre; renier; renoncer à; répudier
einen Eid schwören	faire le serment de; jurer; s'ulcérer
eitern	jurer; prêter serment	asticoter; blaguer; chasser quelqu'un par des tracasseries; chasser quelqu'un par des méchancetés; enquiquiner; faire partir par des méchancetés; faire partir par des tracasseries; geindre; rabâcher; rendre la vie de quelqu'un impossible; s'enfler; suppurer; taquiner; turlupiner
fluchen	injurier; jurer; lâcher des jurons	fulminer; injurier; insulter; tempêter; vociférer
schwören	faire le serment de; jurer; prêter serment; s'ulcérer

Duitse en Franse zoekresultaten voor: de jure

Uitgebreide vertaling voor de jure (Duits) in het Frans

de jure:

Synoniemen voor "de jure":

Wiktionary: de jure

Verwante vertalingen van de jure

Uitgebreide vertaling voor de jure (Frans) in het Duits

jurer:

jurer werkwoord (jure, jures, jurons, jurez, jurent, jurais, jurait, jurions, juriez, juraient, jurai, juras, jura, jurâmes, jurâtes, jurèrent, jurerai, jureras, jurera, jurerons, jurerez, jureront)

jurer (injurier; lâcher des jurons)

jurer (prêter serment)

jurer (faire le serment de; s'ulcérer)

Conjugations for jurer:

Présent

imparfait

passé simple

futur simple

subjonctif présent

conditionnel présent

passé composé

divers

Vertaal Matrix voor jurer:

Synoniemen voor "jurer":

Wiktionary: jurer

juré:

juré [le ~] zelfstandig naamwoord

le juré

le juré

juré bijvoeglijk naamwoord

juré

juré

Vertaal Matrix voor juré:

Synoniemen voor "juré":

Wiktionary: juré

Wiktionary: de jure

Verwante vertalingen van de jure