Home ->Woordenboeken ->Duits/Frans ->Zoek: Erreger-

Duitse en Franse zoekresultaten voor: Erreger-

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

Erreger:
- géniteur; auteur; agent; procréateur
Wiktionary:
- Erreger- → captivant, passionnant
- Erreger → agent pathogène

Duits

Uitgebreide vertaling voor Erreger- (Duits) in het Frans

Erreger:

Erreger [der ~] zelfstandig naamwoord

der Erreger (Erzeuger)
le géniteur; l'auteur; l'agent; le procréateur
- géniteur [le ~] zelfstandig naamwoord
- auteur [le ~] zelfstandig naamwoord
- agent [le ~] zelfstandig naamwoord
- procréateur [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Erreger:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
agent	Erreger; Erzeuger	Agent; Polizist; Spion; Spitzel; Telefonist; Zuträger
auteur	Erreger; Erzeuger	Autor; Autorin; Bearbeiter; Briefeschreiber; Dichter; Dichterin; Entwerfer; Erbauer; Ersteller; Erzeuger; Gestalter; Gott; Hersteller; Komponist; Macher; Poet; Schreiber; Schriftsteller; Schriftstellerin; Schöpfer; Täter; Urheber; Verfasser
géniteur	Erreger; Erzeuger
procréateur	Erreger; Erzeuger

Synoniemen voor "Erreger":

Bazille; Bazillus; Krankheitserreger; Krankheitskeim; Bakterie; Bakterium; Spaltpilz

Wiktionary: Erreger

Erreger

noun

Medizin: Auslöser einer Krankheit
- Erreger → agent pathogène

Wiktionary: Erreger-

Erreger-

adjective

Qui captiver.
- captivant → erregend; aufregend; anreizend; anregend; Erreger-; Reiz-
Qui passionne, qui est propre à passionner.
- passionnant → erregend; aufregend; anreizend; anregend; Erreger-; Reiz-

Verwante vertalingen van Erreger-

Erreger