Stall: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

Stall:
- étable; écurie; toit à porcs; cage; niche; cabine; cabane; étable à stabulation libre
Wiktionary:
- Stall → étable, chiée, tripotée
- Stall → fenil, grange, étable, écurie, stalle

Duits

Uitgebreide vertaling voor Stall (Duits) in het Frans

der Stall
l'étable; l'écurie
- étable [la ~] zelfstandig naamwoord
- écurie [la ~] zelfstandig naamwoord
der Stall
le toit à porcs
- toit à porcs [le ~] zelfstandig naamwoord
der Stall (Verschlag; Hütte)
la cage; la niche; la cabine; la cabane
- cage [la ~] zelfstandig naamwoord
- niche [la ~] zelfstandig naamwoord
- cabine [la ~] zelfstandig naamwoord
- cabane [la ~] zelfstandig naamwoord
der Stall (Auslauf)
l'étable à stabulation libre
- étable à stabulation libre [la ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
cabane	Hütte; Stall; Verschlag	Armenviertel; Baracke; Barackenviertel; Box; Bruchbude; Bude; Elendviertel; Hütte; Kabuff; Scheune; Schuppen; Schäferhütte; Slum; Strohhütte
cabine	Hütte; Stall; Verschlag	Ankleidekabine; Anproberaum; Badekabine; Baracke; Baubaracke; Baubude; Bauhütte; Bruchbude; Cockpit; Führerhaus; Führerhäuser; Hütte; Kabine; Kajüte; Schuppen; Sprechkabine; Sprechzelle; Telefonzelle; Umkleidekabine; Umkleidkabine; Verschlag; Zimmerchen
cage	Hütte; Stall; Verschlag	Abteil; Box; Büchse; Dose; Flugschreiber; Gefäß; Gehäuse; Kapsel; Karton; Kasten; Kittchen; Klo; Käfig; Loch; Nistkasten; Schachtel; Schuppen; Verschlag; Vogelbauer; Vogelhaus; Vogelkäfig
niche	Hütte; Stall; Verschlag	Abstellkammer; Abstellraum; Abteil; Aushöhlung; Box; Bubenstreich; Büchse; Dose; Flausen; Flugschreiber; Gefäß; Gehäuse; Gewächshäuser; Hohlraum; Hohlräume; Hundehütte; Höhle; Höhle im mauer; Höhlung; Kapsel; Karton; Kasse; Kasten; Kittchen; Klo; Loch; Mauernische; Nische; Schachtel; Schelmerei; Scherz; Schuppen; Schäkerei; Spalte; Spaß; Spaßen; Spitzbüberei; Späßchen; Streich; Ulk; Verschlag
toit à porcs	Stall
écurie	Stall	Fuhrunternehmen; Gestüt; Pferdestall; Rennstall; Stallung
étable	Stall	Kuhstall; Viehstall
étable à stabulation libre	Auslauf; Stall

Stall

noun

Stall

noun

(vulgaire) ou populaire|fr grande quantité.
- chiée → Latte; Stall
Quantité
- tripotée → Haufen; Menge; Stall
lieu où l’on loger des bœufs, des vaches, des brebis et autres bestiaux.
- étable → Stall

Cross Translation:

From	To	Via
• Stall	→ fenil; grange	↔ barn — building
• Stall	→ étable; écurie	↔ stable — building for animals with hoofs
• Stall	→ écurie	↔ stable — building for horses
• Stall	→ stalle	↔ stall — a compartment for a single animal in a stable or cattle shed
• Stall	→ étable	↔ stal — ruimte bestemd voor de huisvesting van dier(en)