Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Mund:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Mund (Duits) in het Frans

Mund:

Mund [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Mund
    la bouche
    • bouche [la ~] zelfstandig naamwoord

Mund [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Mund (Schnauze; Klappe; Fresse; Schnabel)
    la gueule; le museau; le bec
    • gueule [la ~] zelfstandig naamwoord
    • museau [le ~] zelfstandig naamwoord
    • bec [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Mund:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bec Fresse; Klappe; Mund; Schnabel; Schnauze Schnabel; Schnauze; Schwätzer; Tülle; Unverschämt sein
bouche Mund
gueule Fresse; Klappe; Mund; Schnabel; Schnauze Aussatz; Fratze; Körper; Schwätzer; Unverschämt sein; Visage
museau Fresse; Klappe; Mund; Schnabel; Schnauze Schnautze einer Hund; Schnauze; Schwätzer; Unverschämt sein

Synoniemen voor "Mund":


Wiktionary: Mund

Mund
noun
  1. Anatomie: Öffnung im unteren Teil des menschlichen Gesichtes (beim Tier: Maul, Schnabel), hauptsächlich zur Nahrungsaufnahme und zur Lautbildung benutzt
Mund
noun
  1. Ouverture pour se nourrir.

Cross Translation:
FromToVia
Mund bouche; góll; goule mouth — the opening of an animal through which food is ingested
Mund bouche mond — ingang van het spijsverteringskanaal

Mund...:


Synoniemen voor "Mund...":


Verwante vertalingen van Mund