Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Radius:
  2. RADIUS:
  3. Wiktionary:
Frans naar Duits:   Meer gegevens...
  1. radius:
  2. RADIUS:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Radius (Duits) in het Frans

Radius:

Radius [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Radius (Halbmesser)
    le rayon mathématique; le rayon

Vertaal Matrix voor Radius:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rayon Halbmesser; Radius Abschnitt; Abstrahlung; Abteilung; Anteil; Ausstrahlung; Bestandteil; Bezirk; Brett; Bücherbrett; Dezernat; Division; Element; Fachbereich; Funke; Fünkchen; Gebiet; Gelände; Geschäftsstelle; Grundstück; Gut; Regal; Revier; Schrankfach; Segment; Sektion; Spake; Speiche; Stab; Stange; Stock; Strahl; Strahlenbündel; Strahlung; Stück; Teil; Teilchen; Territorium; Verwaltungsregion; Zone; Zweigstelle
rayon mathématique Halbmesser; Radius

Synoniemen voor "Radius":


Wiktionary: Radius

Radius
noun
  1. Geometrie: Abstand der Kreislinie vom Kreismittelpunkt beziehungsweise der Kugeloberfläche vom Mittelpunkt der Kugel
Radius
noun
  1. Droite qui relie le centre à la circonférence du cercle.

Cross Translation:
FromToVia
Radius radius spaakbeen — bot in de onderarm
Radius radius radius — bone (human)
Radius rayon radius — line segment
Radius rayon radius — length of this line segment

RADIUS:




Frans

Uitgebreide vertaling voor Radius (Frans) in het Duits

radius:

radius [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le radius
    die Speiche
    • Speiche [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor radius:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Speiche radius rai; rayon

Synoniemen voor "radius":


Wiktionary: radius

radius
noun
  1. Anatomie: einer der beiden Unterarmknochen
  2. Geometrie: Abstand der Kreislinie vom Kreismittelpunkt beziehungsweise der Kugeloberfläche vom Mittelpunkt der Kugel

Cross Translation:
FromToVia
radius Radius; Speiche spaakbeen — bot in de onderarm
radius Speiche; Radius radius — bone (human)

RADIUS: