Home ->Woordenboeken ->Duits/Spaans ->Zoek: Griff

Duitse en Spaanse zoekresultaten voor: Griff

Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Griff:
  2. greifen:
  3. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Griff (Duits) in het Spaans

Griff:

Griff [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Griff (Handgriff; Henkel; Trick; )
    la manija; la empuñadura; la palanca; el agarro; la artimaña; el tirador; la oreja; el acorde; el artificio; la agarradero; el botón; la empuñadora; la mercancías; el taburete; la manivela
  2. der Griff (Henkel)
    el gozne; la asa
    • gozne [el ~] zelfstandig naamwoord
    • asa [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Griff (Kolben; Henkel; Handgriff)
    el asidero; el mango
    • asidero [el ~] zelfstandig naamwoord
    • mango [el ~] zelfstandig naamwoord
  4. der Griff (Klinke; Krücke; Hebel; Henkel; Handgriff)
    el tirador; la aldaba; el pomo; el pestillo; el picaporte
    • tirador [el ~] zelfstandig naamwoord
    • aldaba [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pomo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pestillo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • picaporte [el ~] zelfstandig naamwoord
  5. der Griff (Handgriff; Henkel)
    el mango
    • mango [el ~] zelfstandig naamwoord
  6. der Griff
    el puño; la empuñadura

Vertaal Matrix voor Griff:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acorde Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick Abmachung; Bestimmung; Regeln; Regelung; Regulierung; Vereinbarung; Vergleich
agarradero Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick Halt; Laufgestell
agarro Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick
aldaba Griff; Handgriff; Hebel; Henkel; Klinke; Krücke Klopfer
artificio Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick Getue; Geziertheit
artimaña Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick Kniff; Kunstgriff; Kunststück; Manöver; Trick
asa Griff; Henkel Angel; Ohr; Scharnier; Tassenohr
asidero Griff; Handgriff; Henkel; Kolben Halt; Schnur; Spannschnur; Zugleine
botón Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick Blumenknospe; Druckknopf; Drücker; Handgriff; Henkel; Knopf; Knospe; Maustaste; Schalter; Stiel; Taste; Türgriff; Umschalter
empuñadora Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick
empuñadura Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick
gozne Griff; Henkel Angel; Scharnier
mango Griff; Handgriff; Henkel; Kolben Mango
manija Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick Ausflug; Behendigkeit; Kniff; Kunstgriff; Trick
manivela Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick
mercancías Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick Artikel; Besitz; Besitztum; Besitztümer; Bestand; Dinge; Dinger; Eigentum; Geschäft; Geschäfte; Güter; Güterhandel; Habe; Handel; Handelsbetrieb; Handelsgüter; Handelsware; Hausmobiliar; Hausrat; Inventar; Kaufhandel; Kaufware; Kommerzie; Laden; Ladungen; Mobiliar; Sachen; Transporte; Ware; Zeug
oreja Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick
palanca Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick Brecheisen; Brechstange; Hebebaum; Kuhfuß; Spake
pestillo Griff; Handgriff; Hebel; Henkel; Klinke; Krücke Brieftasche; Drehriegel; Geldbeutel; Geldbörse; Portemonaie; Riegel; Schloß; Türriegel
picaporte Griff; Handgriff; Hebel; Henkel; Klinke; Krücke Einhämmern eines Bolzens; Türgriff
pomo Griff; Handgriff; Hebel; Henkel; Klinke; Krücke Türgriff
puño Griff Faust
taburete Griff; Handgriff; Henkel; Kniff; Kunstgriff; Stiel; Trick Barhocker; Fußbank; Fußbänkchen; Fußbänke; Fußstütze; Hocker; Krücke; Schemel; kleiner Hocker
tirador Griff; Handgriff; Hebel; Henkel; Klinke; Kniff; Krücke; Kunstgriff; Stiel; Trick Heckenschütze; Kanonier; Sattelschlepper; Scharfschütze; Schlepper; Schütze; Spalter; Tirailleur; Traktor; Trecker; Zugleine
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
botón Schaltfläche
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
oreja Ohr
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acorde einig; einstimmig; gleichgestimmt

Synoniemen voor "Griff":


Wiktionary: Griff

Griff
noun
  1. derjenige Teil eines Gegenstandes, der dafür vorgesehen ist, dass man ihn ergreift, wenn man den Gegenstand benutzt
Cross Translation:
FromToVia
• Griff → broche; hebilla; corchete; manija ↔ clasp — fastener or holder
• Griff → asimiento ↔ grasp — grip
• Griff → asa; tirador; manija; mango; manilla ↔ handle — part of an object which is held in the hand when used or moved
• Griff → mango; empuñadura ↔ hilt — grip of a sword

greifen:

greifen werkwoord (greife, greifst, greift, griff, grifft, gegriffen)

  1. greifen (ergreifen; packen; fangen; )
    coger; prender; atrapar; agarrar
  2. greifen
    atacar; cerrar de golpe
  3. greifen (verhaften; erfassen; fassen; ergreifen)
    arrestar; detener; coger preso; aprehender; aprisionar; coger prisionero
  4. greifen (etwas bekommen; abfangen; fesseln; )
    pescar; tomar en posesión; atrapar; ganar; engañar; capturar; apresar; apoderarse de
  5. greifen (anfassen; festhalten; anpacken; )
    coger; prender; abordar; agarrar; agarrarse a
  6. greifen (festgreifen; anpacken; fassen; packen; begreifen)
    coger; engañar; trabar; agarrar; captar; estafar; timar; engastar
  7. greifen (Abnormal intrigieren; grabbeln; backen; )
    obsesionar; fascinar; tomar; coger; enredar; intrigar; despertar curiosidad

Conjugations for greifen:

Präsens
  1. greife
  2. greifst
  3. greift
  4. greifen
  5. greift
  6. greifen
Imperfekt
  1. griff
  2. griffst
  3. griff
  4. griffen
  5. grifft
  6. griffen
Perfekt
  1. habe gegriffen
  2. hast gegriffen
  3. hat gegriffen
  4. haben gegriffen
  5. habt gegriffen
  6. haben gegriffen
1. Konjunktiv [1]
  1. greife
  2. greifest
  3. greife
  4. greifen
  5. greifet
  6. greifen
2. Konjunktiv
  1. griffe
  2. griffest
  3. griffe
  4. griffen
  5. griffet
  6. griffen
Futur 1
  1. werde greifen
  2. wirst greifen
  3. wird greifen
  4. werden greifen
  5. werdet greifen
  6. werden greifen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde greifen
  2. würdest greifen
  3. würde greifen
  4. würden greifen
  5. würdet greifen
  6. würden greifen
Diverses
  1. greife!
  2. greift!
  3. greifen Sie!
  5. gegriffen
  6. greifend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor greifen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agarrar Anfassen; Anpacken; Festnehmen; Festpacken
atacar Anfallen; Angreifen; Ausfall machen; angreifen; antasten
coger Anfassen; Anpacken; Begreifen; Festnehmen; Festpacken
detener Arestieren
fascinar Betören
pescar Fischerei
tomar Festnehmen; Festpacken
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abordar anfassen; anpacken; fassen; festgreifen; festhalten; greifen; zugreifen Gespräch anknöpfen; Zur Sprache bringen; annehmen; anpacken; anschneiden; aufs Tapet bringen; aufwerfen; entern; tackeln; zur Sprache bringen
agarrar abfangen; anfassen; anpacken; begreifen; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erwischen; fangen; fassen; festgreifen; festhalten; festnehmen; greifen; kriegen; packen; verhaften; verwickeln; zugreifen; überlisten aneinanderreihen; ausnehmen; begaunern; bemogeln; bescheißen; beschummeln; beschwindeln; betrügen; einhaken; ergreifen; festhaken; festhängen; grabbeln; grapschen; grapsen; haken; herumkramen; hintergehen; ketten; klammern; kramen; prellen; rummeln; rühren; schachern; stöbern; umklammern; verketten; verladen; wühlen; zwängen; übervorteilen
agarrarse a anfassen; anpacken; fassen; festgreifen; festhalten; greifen; zugreifen anketten; fesseln; ketten; klammern
apoderarse de abfangen; bestricken; etwas bekommen; fesseln; grabbeln; greifen; hervorholen Unterricht bekommen; aneignen; aufschnappen; bekommen; bemächtigen; erfassen; ergreifen; erwerben; fassen; gewinnen; lernen; sich einer Sache bemächtigen; sich etwas beschaffen; studieren
aprehender erfassen; ergreifen; fassen; greifen; verhaften
apresar abfangen; bestricken; etwas bekommen; fesseln; grabbeln; greifen; hervorholen einsperren; erfassen; ergreifen; erhaschen; erwischen; fangen; fassen; fesseln; festnehmen; verhaften
aprisionar erfassen; ergreifen; fassen; greifen; verhaften einsperren; fesseln; festnehmen; verhaften
arrestar erfassen; ergreifen; fassen; greifen; verhaften einsperren; fesseln; festnehmen; verhaften
atacar greifen Gewalt gebrauchen; anfallen; anfechten; angreifen; anstürmen; belagern; bestürmen; durchführen; durchsetzen; erzwingen; notzüchtigen; schließen; schänden; sperren; vergewaltigen; verletzen; verriegeln; verschließen; versperren; zumachen; zusperren; überfallen
atrapar abfangen; bestricken; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erwischen; etwas bekommen; fangen; fassen; fesseln; festnehmen; grabbeln; greifen; hervorholen; kriegen; packen; verhaften; verwickeln; überlisten auflesen; einholen; einsammeln; erfassen; ergreifen; ernten; erschweren; ertappen; erwischen; fangen; fassen; komplizieren; lesen; pflücken; schnappen; verwickeln
captar anpacken; begreifen; fassen; festgreifen; greifen; packen aneignen; begreifen; bemächtigen; durchschauen; einsehen; erkennen; fassen; kapieren; sich einer Sache bemächtigen; sich etwas beschaffen; verstehen
capturar abfangen; bestricken; etwas bekommen; fesseln; grabbeln; greifen; hervorholen abrufen; aufzeichnen; erfassen; ergreifen; erhaschen; erwischen; fangen; fassen
cerrar de golpe greifen abdichten; abschliessen; isolieren; schließen; sperren; verriegeln; verschließen; versperren; zufallen; zumachen; zuschnappen; zusperren; zustoßen
coger Abnormal intrigieren; abfangen; anfassen; anpacken; ausspielen; backen; ballen; begreifen; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erobern; erwischen; fangen; fassen; faszinieren; fesseln; festgreifen; festhalten; festnehmen; gehen; grabbeln; greifen; hervorholen; intrigieren; kappen; knutschen; kriegen; packen; schmieden; verhaften; verwickeln; zugreifen; überlisten abfangen; abhandenmachen; abschmeicheln; absorbieren; ainnehmen; aneignen; aneinanderreihen; annehmen; anwenden; auffangen; auflesen; aufnehmen; aufsaugen; auftragen; ausschlürfen; bekommen; bemächtigen; benutzen; davontragen; einholen; einsammeln; entwenden; erbetteln; erfassen; ergreifen; erhaschen; ernten; ertappen; erwischen; etwas unerwartetes tun; fangen; fassen; gebrauchen; handhaben; hantieren; hinterziehen; holen; ketten; klauen; lesen; nehmen; packen; pflücken; rauben; schnappen; stehlen; unverlangt bekommen; verketten; veruntreuen; verwenden; wegnehmen; wegschnappen; überrumpeln
coger preso erfassen; ergreifen; fassen; greifen; verhaften einsperren; erfassen; ergreifen; ertappen; erwischen; fangen; fassen; fesseln; festnehmen; schnappen; verhaften
coger prisionero erfassen; ergreifen; fassen; greifen; verhaften erfassen; ergreifen; ertappen; erwischen; fangen; fassen; schnappen
despertar curiosidad Abnormal intrigieren; ausspielen; backen; ballen; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erobern; erwischen; fangen; fassen; faszinieren; fesseln; festnehmen; gehen; grabbeln; greifen; hervorholen; intrigieren; kappen; knutschen; kriegen; packen; schmieden; verhaften
detener erfassen; ergreifen; fassen; greifen; verhaften abhalten; anhalten; aufhalten; aufhören; aufsperren; beenden; bremsen; einpferchen; einschließen; einsperren; erfassen; ergreifen; ertappen; erwischen; fangen; fassen; festhalten; festsetzen; gefangen halten; gefangenhalten; hindern; hinhalten; hochhalten; im Gefängnis werfen; in Haft behalten; internieren; parken; schnappen; stoppen; verhaften; verschließen; zurückhalten
engastar anpacken; begreifen; fassen; festgreifen; greifen; packen erfassen; ergreifen; ertappen; erwischen; fangen; fassen; schnappen
engañar abfangen; anpacken; begreifen; bestricken; etwas bekommen; fassen; fesseln; festgreifen; grabbeln; greifen; hervorholen; packen aufhängen; aufziehen; ausnehmen; begaunern; bemogeln; bescheißen; beschummeln; beschwindeln; betrogen werden; betrügen; erzählen; foppen; hereinlegen; hintergehen; hinters Licht führen; irreführen; jemanden prellen; neppen; prellen; täuschen; verarschen; verladen; vormachen; übertölpeln; übervorteilen
enredar Abnormal intrigieren; ausspielen; backen; ballen; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erobern; erwischen; fangen; fassen; faszinieren; fesseln; festnehmen; gehen; grabbeln; greifen; hervorholen; intrigieren; kappen; knutschen; kriegen; packen; schmieden; verhaften abgrenzen; abstecken; abzäunen; anblasen; anfachen; anfeuern; anschüren; begaunern; begrenzen; bemogeln; beschummeln; beschwindeln; betrügen; brennen; einhegen; einzäunen; erschweren; festlegen; intrigieren; komplizieren; neppen; prellen; schummeln; schüren; trassieren; umzäunen; verwickeln; übervorteilen
estafar anpacken; begreifen; fassen; festgreifen; greifen; packen abgrenzen; absperren; abstecken; abzäunen; aufziehen; ausnehmen; begaunern; begrenzen; bemogeln; bescheißen; beschneiden; beschränken; beschummeln; beschwindeln; betrügen; betören; bezaubern; eindämmen; einhegen; einschränken; einsäumen; einzäunen; festlegen; foppen; hereinlegen; hintergehen; hinters Licht führen; irreführen; limitieren; neppen; prellen; trassieren; umzäunen; verarschen; verladen; übertölpeln; übervorteilen
fascinar Abnormal intrigieren; ausspielen; backen; ballen; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erobern; erwischen; fangen; fassen; faszinieren; fesseln; festnehmen; gehen; grabbeln; greifen; hervorholen; intrigieren; kappen; knutschen; kriegen; packen; schmieden; verhaften anlocken; anmuten; behexen; bestechen; bestricken; betören; bezaubern; entzücken; erfassen; ergreifen; ertappen; erwischen; fangen; fassen; faszinieren; fesseln; intrigieren; reizen; schnappen; verführen; verleiten; verlocken; verzaubern
ganar abfangen; bestricken; etwas bekommen; fesseln; grabbeln; greifen; hervorholen anfertigen; ankaufen; bekommen; bilden; davontragen; den Sieg erringen; einholen; einkaufen; einnehmen; entstehen; entwerfen; entwickeln; erfinden; erhalten; erkämpfen; erreichen; erschaffen; erstehen; erwerben; erzeugen; erzielen; fabrizieren; formen; gestalten; gewinnen; herstellen; hervorbringen; hinkriegen; holen; ins Leben rufen; kaufen; konstruieren; kreieren; machen; produzieren; schaffen; schlagen; schöpfen; siegen; skizzieren; triumphieren; tun; verdienen; verfertigen; überwinden
intrigar Abnormal intrigieren; ausspielen; backen; ballen; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erobern; erwischen; fangen; fassen; faszinieren; fesseln; festnehmen; gehen; grabbeln; greifen; hervorholen; intrigieren; kappen; knutschen; kriegen; packen; schmieden; verhaften faszinieren; fesseln; gespannt sein; intrigieren
obsesionar Abnormal intrigieren; ausspielen; backen; ballen; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erobern; erwischen; fangen; fassen; faszinieren; fesseln; festnehmen; gehen; grabbeln; greifen; hervorholen; intrigieren; kappen; knutschen; kriegen; packen; schmieden; verhaften
pescar abfangen; bestricken; etwas bekommen; fesseln; grabbeln; greifen; hervorholen angeln; aufgabeln; auftreiben; erfassen; ergreifen; erhaschen; erwischen; fangen; fassen; fischen
prender abfangen; anfassen; anpacken; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erwischen; fangen; fassen; festgreifen; festhalten; festnehmen; greifen; kriegen; packen; verhaften; verwickeln; zugreifen; überlisten betätigen; einschalten; erfassen; ergreifen; ertappen; erwischen; fangen; fassen; in Funktion setzen; schnappen
timar anpacken; begreifen; fassen; festgreifen; greifen; packen abgrenzen; abstecken; abzäunen; anheben; aufheben; ausheben; ausnehmen; begaunern; begrenzen; bemogeln; bescheißen; beschummeln; beschwindeln; betrügen; einhegen; einzäunen; emporheben; erheben; festlegen; fremd gehen; heben; hereinlegen; hinaufbringen; hintergehen; hinters Licht führen; hochheben; hochnehmen; hochziehen; neppen; prellen; trassieren; umzäunen; verarschen; verladen; übervorteilen
tomar Abnormal intrigieren; ausspielen; backen; ballen; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erobern; erwischen; fangen; fassen; faszinieren; fesseln; festnehmen; gehen; grabbeln; greifen; hervorholen; intrigieren; kappen; knutschen; kriegen; packen; schmieden; verhaften aneinanderreihen; annehmen; annektieren; antun; anwenden; aufarbeiten; aufbrauchen; aufessen; auffressen; aufmachen; aufnehmen; aufsetzen; aufstellen; aufwenden; aufzehren; ausbeuten; ausfertigen; bekommen; belaufen; benutzen; berühren; besiegen; betreffen; bewandern; bewegen; bunkern; dinieren; einstecken; erfassen; ergreifen; ernähren; erregen; ertappen; erwischen; essen; examinieren; fangen; fassen; fressen; futtern; füttern; gebrauchen; genießen; handhaben; hantieren; hereinkriegen; herunterschlucken; hineinstopfen; hinunterschlingen; hinunterschlucken; holen; inspizieren; ketten; konsumieren; kontrollieren; mustern; nehmen; praktizieren; prüfen; rühren; schlagen; schlingen; schlucken; schnappen; schwelgen; soupieren; speisen; stopfen; tafeln; treffen; tun; verketten; verrichten; verschlingen; verschlucken; verspeisen; vertilgen; verwenden; verzehren; wandern; ätzen; übernehmen
tomar en posesión abfangen; bestricken; etwas bekommen; fesseln; grabbeln; greifen; hervorholen erobern
trabar anpacken; begreifen; fassen; festgreifen; greifen; packen erfassen; ergreifen; ertappen; erwischen; fangen; fassen; schnappen
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
capturar sammeln

Synoniemen voor "greifen":


Wiktionary: greifen

greifen
verb
  1. etwas mit der Hand nehmen, packen, anfassen, festhalten
Cross Translation:
FromToVia
• greifen → agarrar ↔ clasp — take hold of; grab tightly
• greifen → agarrar ↔ grab — to make a sudden grasping or clutching motion (at something)
• greifen → asir; agarrar ↔ grasp — to grip
• greifen → agarrar ↔ grip — to take hold
• greifen → tomar ↔ take — to grab with the hands
• greifen → tomar ↔ nemen — iets vastpakken met de handen
• greifen → acapillar; asir; agarrar; coger ↔ grijpen — plotseling iets of iemand beetpakken
• greifen → agarrar; asir; coger; apoderarse de ↔ agripper — sens transitif
• greifen → asir; agarrar ↔ saisir — Prendre vivement.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.1581 seconde
Page rendered in 1.0 seconds