Duits
Uitgebreide vertaling voor verreiben (Duits) in het Spaans
verreiben:
-
verreiben (feinmachen; zerquetschen; walzen; zerbrechen; zerkleinern; kaputtschlagen; feinmahlen; erdrücken; zermalmen; zermahlen)
estropear; destruir; machacar; estrujar; romper; aplastar; destrozar; triturar; exprimir; aplastarse; pulverizar; anonadar; hacer polvo; hacer pedazos-
estropear werkwoord
-
destruir werkwoord
-
machacar werkwoord
-
estrujar werkwoord
-
romper werkwoord
-
aplastar werkwoord
-
destrozar werkwoord
-
triturar werkwoord
-
exprimir werkwoord
-
aplastarse werkwoord
-
pulverizar werkwoord
-
anonadar werkwoord
-
hacer polvo werkwoord
-
hacer pedazos werkwoord
-
Conjugations for verreiben:
Präsens
- verreibe
- verreibst
- verreibt
- verreiben
- verreibt
- verreiben
Imperfekt
- verreibte
- verreibtest
- verreibte
- verreibten
- verreibtet
- verreibten
Perfekt
- habe verreibt
- hast verreibt
- hat verreibt
- haben verreibt
- habt verreibt
- haben verreibt
1. Konjunktiv [1]
- verreibe
- verreibest
- verreibe
- verreiben
- verreibet
- verreiben
2. Konjunktiv
- verreibte
- verreibtest
- verreibte
- verreibten
- verreibtet
- verreibten
Futur 1
- werde verreiben
- wirst verreiben
- wird verreiben
- werden verreiben
- werdet verreiben
- werden verreiben
1. Konjunktiv [2]
- würde verreiben
- würdest verreiben
- würde verreiben
- würden verreiben
- würdet verreiben
- würden verreiben
Diverses
- verreib!
- verreibt!
- verreiben Sie!
- verreibt
- verreibend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor verreiben:
Computer vertaling door derden: