Overzicht
Duits naar Spaans: Meer gegevens...
- verpflichtet:
- verpflichten:
-
Wiktionary:
- verpflichtet → reclutado, alistado, enrolado, obligatorio, obligado, exigido, necesario
- verpflichten → obligar, comprometerse
Duits
Uitgebreide vertaling voor verpflichtet (Duits) in het Spaans
verpflichtet:
-
verpflichtet (erforderlich; obligatorisch; vorschriftsmäßig; verbindlich; ordnungsgemäß; gezwungen; reglementarisch)
obligado; obligatorio; debido; que se debe-
obligado bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
debido bijvoeglijk naamwoord
-
que se debe bijvoeglijk naamwoord
-
-
verpflichtet (unfreiwillig; gezwungen; zwangsmässig)
obligado; obligatorio; fingido; afectado; forzado; compulsivo; involuntario; forzoso; antinatural; contranatural-
obligado bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
fingido bijvoeglijk naamwoord
-
afectado bijvoeglijk naamwoord
-
forzado bijvoeglijk naamwoord
-
compulsivo bijvoeglijk naamwoord
-
involuntario bijvoeglijk naamwoord
-
forzoso bijvoeglijk naamwoord
-
antinatural bijvoeglijk naamwoord
-
contranatural bijvoeglijk naamwoord
-
-
verpflichtet (unfrei; gezwungen; verbindlich; obligatorisch)
comprometido; atado; ligado; entregado a; obligado; obligatorio-
comprometido bijvoeglijk naamwoord
-
atado bijvoeglijk naamwoord
-
ligado bijvoeglijk naamwoord
-
entregado a bijvoeglijk naamwoord
-
obligado bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
-
verpflichtet (vorschriftsmäßig; reglementarisch; obligatorisch; verbindlich; ordnungsgemäß)
obligatorio; obligado; preceptivo; reglamentario-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
obligado bijvoeglijk naamwoord
-
preceptivo bijvoeglijk naamwoord
-
reglamentario bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor verpflichtet:
Wiktionary: verpflichtet
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verpflichtet | → reclutado; alistado; enrolado | ↔ conscript — Drafted |
• verpflichtet | → obligatorio; obligado | ↔ verplicht — door iets of iemand gedwongen |
• verpflichtet | → exigido; necesario; obligatorio | ↔ requis — Demandé, exigé (2) |
verpflichtet vorm van verpflichten:
verpflichten werkwoord (verpfliche, verpflichst, verpflicht, verpflichte, verpflichtet, verpflichtet)
-
verpflichten
Conjugations for verpflichten:
Präsens
- verpfliche
- verpflichst
- verpflicht
- verpflichen
- verpflicht
- verpflichen
Imperfekt
- verpflichte
- verpflichtest
- verpflichte
- verpflichten
- verpflichtet
- verpflichten
Perfekt
- habe verpflichtet
- hast verpflichtet
- hat verpflichtet
- haben verpflichtet
- habt verpflichtet
- haben verpflichtet
1. Konjunktiv [1]
- verpfliche
- verpflichest
- verpfliche
- verpflichen
- verpflichet
- verpflichen
2. Konjunktiv
- verpflichte
- verpflichtest
- verpflichte
- verpflichten
- verpflichtet
- verpflichten
Futur 1
- werde verpflichten
- wirst verpflichten
- wird verpflichten
- werden verpflichten
- werdet verpflichten
- werden verpflichten
1. Konjunktiv [2]
- würde verpflichten
- würdest verpflichten
- würde verpflichten
- würden verpflichten
- würdet verpflichten
- würden verpflichten
Diverses
- verpflich!
- verpflicht!
- verpflichen Sie!
- verpflichtet
- h
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor verpflichten:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
compeler | verpflichten | befehlen; erzwingen; forcieren; gebieten; genötigt sein zu; pressen |
imponer | verpflichten | Gewalt gebrauchen; andringen; angeben; anmelden; anzeigen; beeindrucken; deklarieren; dringen; drängen; durchsetzen; durchstoßen; ehrfurchtgebietend; einfügen; einlegen; einschließen; erzwingen; etwas durchbringen; etwas durchdrücken; fügen; imponieren; kassieren; melden |
Synoniemen voor "verpflichten":
Wiktionary: verpflichten
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verpflichten | → obligar | ↔ verplichten — tot regel maken dat iets moet |
• verpflichten | → comprometerse | ↔ undertake — to commit oneself to an obligation |
Computer vertaling door derden: