Home ->Woordenboeken ->Duits/Spaans ->Vertaal verpflegen

Vertaal verpflegen van Duits naar Spaans

Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. verpflegen:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor verpflegen (Duits) in het Spaans

verpflegen:

verpflegen werkwoord (verpflege, verpflegst, verpflegt, verpflegte, verpflegtet, verpflegt)

  1. verpflegen (pflegen; versorgen)
    atender; asistir
  2. verpflegen (für etwas sorgen; versorgen; sorgen; pflegen)
    atender; cuidar de; cuidar; ocuparse de; atender a; ocuparse
  3. verpflegen (speisen; füttern; ernähren)
    nutrir; dar de comer a
  4. verpflegen (versorgen; sorgen; pflegen)
    preocuparse
  5. verpflegen (erbeuten; ernähren; speisen; füttern)
    cazar

Conjugations for verpflegen:

Präsens
  1. verpflege
  2. verpflegst
  3. verpflegt
  4. verpflegen
  5. verpflegt
  6. verpflegen
Imperfekt
  1. verpflegte
  2. verpflegtest
  3. verpflegte
  4. verpflegten
  5. verpflegtet
  6. verpflegten
Perfekt
  1. habe verpflegt
  2. hast verpflegt
  3. hat verpflegt
  4. haben verpflegt
  5. habt verpflegt
  6. haben verpflegt
1. Konjunktiv [1]
  1. verpflege
  2. verpflegest
  3. verpflege
  4. verpflegen
  5. verpfleget
  6. verpflegen
2. Konjunktiv
  1. verpflegte
  2. verpflegtest
  3. verpflegte
  4. verpflegten
  5. verpflegtet
  6. verpflegten
Futur 1
  1. werde verpflegen
  2. wirst verpflegen
  3. wird verpflegen
  4. werden verpflegen
  5. werdet verpflegen
  6. werden verpflegen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde verpflegen
  2. würdest verpflegen
  3. würde verpflegen
  4. würden verpflegen
  5. würdet verpflegen
  6. würden verpflegen
Diverses
  1. verpfleg!
  2. verpflegt!
  3. verpflegen Sie!
  5. verpflegt
  6. verpflegend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor verpflegen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
atender Ausführen; Fertigsein; Folge
dar de comer a Abffüttern; Futter; Fütterung
preocuparse Grübelei; Grübeln
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
asistir pflegen; verpflegen; versorgen assistieren; beistehen; beitragen; da sein; dabei sein; einbringen; einfädeln; einführen; einspringen; entgegenhalten; entgegnen; gutes tun; helfen; introduzieren; jemanden ersetzen; mildtätig sein; mithelfen; sekundieren; stützen; vorbringen
atender für etwas sorgen; pflegen; sorgen; verpflegen; versorgen Knöpfe bedienen; abhören; anhören; annehmen; assistieren; aufmerksahm zuhören; ausforschen; ausfragen; auszahlen; bedienen; befolgen; befragen; beistehen; beitragen; belohnen; besolden; bewirken; bezahlen; einspringen; entgelten; folgen; gehorchen; gutes tun; helfen; hinhören; honorieren; horchen; hören; jemanden ersetzen; lauschen; lohnen; mildtätig sein; mithelfen; nachfolgen; nachkommen; sekundieren; sich kümmern; sorgen; sorgen für; stützen; vergüten; verhören; verlassen; zuhören
atender a für etwas sorgen; pflegen; sorgen; verpflegen; versorgen abhören; aufmerksahm zuhören; ausforschen; ausfragen; befolgen; befragen; behandeln; folgen; gehorchen; gönnen; hinhören; horchen; hören; nachfolgen; nachkommen; verhören; versorgen; zuerkennen; zugestehen; zuhören; zuteilen; zuweisen; überreichen
cazar erbeuten; ernähren; füttern; speisen; verpflegen anspornen; antreiben; aufhetzen; aufjagen; aufscheuchen; aufstacheln; auftreiben; aufwirbeln; durchfallen; eilen; erfassen; ergreifen; erstreben; ertappen; erwischen; fangen; fassen; feuern; hasten; hetzen; hochdrehen; hochtreiben; jagen; knallen; lösen; nacheifern; nachjagen; nachstreben; schießen; schnappen; schnell laufen; streben nach; wetzen
cuidar für etwas sorgen; pflegen; sorgen; verpflegen; versorgen Sorge tragen für jemanden; bewirken; pflegen; sich kümmern; sorgen; sorgen für; verlassen; versorgen; zu etwas führen
cuidar de für etwas sorgen; pflegen; sorgen; verpflegen; versorgen
dar de comer a ernähren; füttern; speisen; verpflegen aufessen; aufzehren; essen; speisen; verspeisen; verzehren
nutrir ernähren; füttern; speisen; verpflegen Brustnahrung geben; einspeisen; ernähren; füttern; großziehen; säugen
ocuparse für etwas sorgen; pflegen; sorgen; verpflegen; versorgen bewirken; sich kümmern; sorgen; sorgen für; verlassen
ocuparse de für etwas sorgen; pflegen; sorgen; verpflegen; versorgen
preocuparse pflegen; sorgen; verpflegen; versorgen alarmieren; besorgt sein; sorgen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ocuparse sich befassen; sich beschäftigen

Synoniemen voor "verpflegen":


Wiktionary: verpflegen

verpflegen
verb
  1. mit Nahrung versorgen







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0589 seconde
Page rendered in 1.0 seconds