Overzicht
Duits naar Spaans: Meer gegevens...
-
schwer:
- pesado; de peso; aburrido; incómodo; desagradable; enojadizo; molesto; frecuentemente; frecuente; con frecuencia; a menudo; usualmente; regular; mucho; periódico; muy; mucha; fastidioso; crítico; precario; complicado; delicado; difícil; difícil de contentar; enormemente; bastante; grande; gran; significante; enorme; tremendo; inmenso; notablemente; vasto; notable; asombroso; considerable; considerablemente; mayor; importante; imponente; basto; grueso; grosero; tosco; burdo; desafilado; buenísimo; excelente; temible; colosal; sólido; agudo; acuciante; penetrante; violento; brusco; con mano dura; con dureza; agresivo; brutal; duro; bruto; chillón
- gran; fantástico; tremendo; enorme; inmenso; a gran escala; grande; vasto; fenomenal; enormemente
- Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor schwer (Duits) in het Spaans
schwer:
-
schwer (schwerverdaulich; fett)
-
schwer (mit ein großes Gewicht)
-
schwer (öde; schwerlich; lästig; sauer; schwierig; unangenehm; langweilig; mies; hinderlich; beschwerlich; problematisch; unbequem; mühsam)
-
schwer (unangenehm; störend; lästig; unbequem; kaltherzig)
incómodo; desagradable; enojadizo; molesto-
incómodo bijvoeglijk naamwoord
-
desagradable bijvoeglijk naamwoord
-
enojadizo bijvoeglijk naamwoord
-
molesto bijvoeglijk naamwoord
-
-
schwer (häufig; regelmäßig; viel; mehrmals; frequent; mehrfach; wiederholt; hoch; turnusmäßig; stark; gleichmäßig; haufenweise)
frecuentemente; frecuente; con frecuencia; a menudo; usualmente; regular; mucho; periódico; muy; mucha-
frecuentemente bijvoeglijk naamwoord
-
frecuente bijvoeglijk naamwoord
-
con frecuencia bijvoeglijk naamwoord
-
a menudo bijvoeglijk naamwoord
-
usualmente bijvoeglijk naamwoord
-
regular bijvoeglijk naamwoord
-
mucho bijvoeglijk naamwoord
-
periódico bijvoeglijk naamwoord
-
muy bijvoeglijk naamwoord
-
mucha bijvoeglijk naamwoord
-
-
schwer (hinderlich; störend; unangenehm; schwierig; lästig; unbequem)
molesto; desagradable; incómodo; fastidioso-
molesto bijvoeglijk naamwoord
-
desagradable bijvoeglijk naamwoord
-
incómodo bijvoeglijk naamwoord
-
fastidioso bijvoeglijk naamwoord
-
-
schwer (prekär; lästig; schwierig; schlimm; heikel; mißlich; furchtbar; unbequem; unangenehm; brenzlig; peinlich; gefährlich; drohend; beschwerlich; hinderlich; delikat; zudringlich; feindlich; unbestimmt; bedrohlich; aufdringlich; verfänglich; mäkelig)
crítico; precario; complicado; delicado; difícil; difícil de contentar-
crítico bijvoeglijk naamwoord
-
precario bijvoeglijk naamwoord
-
complicado bijvoeglijk naamwoord
-
delicado bijvoeglijk naamwoord
-
difícil bijvoeglijk naamwoord
-
difícil de contentar bijvoeglijk naamwoord
-
-
schwer (bedeutend; ziemlich; sichtbar; riesig; beträchtlich; erheblich; beachtenswert; ansehnlich; bemerkenswert; hervorspringend)
enormemente; bastante; grande; gran; significante; enorme; tremendo; inmenso; notablemente; vasto; notable; asombroso; considerable; considerablemente; mayor; importante; imponente-
enormemente bijvoeglijk naamwoord
-
bastante bijvoeglijk naamwoord
-
grande bijvoeglijk naamwoord
-
gran bijvoeglijk naamwoord
-
significante bijvoeglijk naamwoord
-
enorme bijvoeglijk naamwoord
-
tremendo bijvoeglijk naamwoord
-
inmenso bijvoeglijk naamwoord
-
notablemente bijvoeglijk naamwoord
-
vasto bijvoeglijk naamwoord
-
notable bijvoeglijk naamwoord
-
asombroso bijvoeglijk naamwoord
-
considerable bijvoeglijk naamwoord
-
considerablemente bijvoeglijk naamwoord
-
mayor bijvoeglijk naamwoord
-
importante bijvoeglijk naamwoord
-
imponente bijvoeglijk naamwoord
-
-
schwer (grob; rüde; ungeschliffen; schroff; derb)
-
schwer (schwerverdaulich; fett; ungeheuer; großartig; energisch; stark; scharf; gewaltig; mächtig; enorm; herrschaftlich; kolossal; formidabel)
-
schwer (robust; massiv; hart; stark; kräftig; stabil; stramm; forsch; stämmig; klotzig)
-
schwer (drückend)
agudo; acuciante; penetrante-
agudo bijvoeglijk naamwoord
-
acuciante bijvoeglijk naamwoord
-
penetrante bijvoeglijk naamwoord
-
-
schwer (aggressiv; gewalttätig; gewaltsam; rüde; brutal; wild; stürmisch; struppig; stark; roh; scharf; schroff; störrisch; unsanft; ungestüm; zottig; unzart; stoppelig; zutäppisch)
violento; brusco; con mano dura; con dureza; agresivo; brutal; duro; bruto; chillón-
violento bijvoeglijk naamwoord
-
brusco bijvoeglijk naamwoord
-
con mano dura bijvoeglijk naamwoord
-
con dureza bijvoeglijk naamwoord
-
agresivo bijvoeglijk naamwoord
-
brutal bijvoeglijk naamwoord
-
duro bijvoeglijk naamwoord
-
bruto bijvoeglijk naamwoord
-
chillón bijvoeglijk naamwoord
-
-
schwer (stattlich; groß; riesig)
gran; fantástico; tremendo; enorme; inmenso; a gran escala; grande; vasto; fenomenal; enormemente-
gran bijvoeglijk naamwoord
-
fantástico bijvoeglijk naamwoord
-
tremendo bijvoeglijk naamwoord
-
enorme bijvoeglijk naamwoord
-
inmenso bijvoeglijk naamwoord
-
a gran escala bijvoeglijk naamwoord
-
grande bijvoeglijk naamwoord
-
vasto bijvoeglijk naamwoord
-
fenomenal bijvoeglijk naamwoord
-
enormemente bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor schwer:
Synoniemen voor "schwer":
Wiktionary: schwer
schwer
Cross Translation:
adjective
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• schwer | → difícil | ↔ difficult — hard, not easy |
• schwer | → pesado | ↔ heavy — having great weight |
• schwer | → difícil | ↔ moeilijk — niet gemakkelijk, waar moeite, geduld en inspanning voor vereist is |
• schwer | → pesado | ↔ looiig — van groot gewicht |
• schwer | → pesado | ↔ zwaar — van groot gewicht |
• schwer | → difícil; afanoso | ↔ difficile — Non facile, qui nécessite un grand effort. |
• schwer | → dificilmente | ↔ difficilement — Avec difficulté |
• schwer | → duro; firme; difícil | ↔ dur — Qui, par suite de sa fermeté, est difficile à pénétrer, à entamer. |
• schwer | → pesado | ↔ lourd — Dont le poids est élevé (sens général) |
• schwer | → fuerte | ↔ puissant — Qui a beaucoup de pouvoir. |