Duits
Uitgebreide vertaling voor beschreiben (Duits) in het Spaans
beschreiben:
-
beschreiben (umschreiben; skizzieren; darstellen; abbilden; entwerfen; schildern)
describir; definir; hacer un boceto; detallar; explicar; escribir en-
describir werkwoord
-
definir werkwoord
-
hacer un boceto werkwoord
-
detallar werkwoord
-
explicar werkwoord
-
escribir en werkwoord
-
-
beschreiben (wiedergeben; erklären)
describir; reflejar; expresar; interpretar; reproducir; hacerse eco de-
describir werkwoord
-
reflejar werkwoord
-
expresar werkwoord
-
interpretar werkwoord
-
reproducir werkwoord
-
hacerse eco de werkwoord
-
-
beschreiben (kennzeichnen; markieren; charakterisieren; bezeichnen)
-
beschreiben (näher umschreiben; definieren; festlegen; bestimmen; festsetzen; näher beschreiben)
definir; precisar; especificar; detallar-
definir werkwoord
-
precisar werkwoord
-
especificar werkwoord
-
detallar werkwoord
-
Conjugations for beschreiben:
Präsens
- beschreibe
- beschreibst
- beschreibt
- beschreiben
- beschreibt
- beschreiben
Imperfekt
- beschrieb
- beschriebst
- beschrieb
- beschrieben
- beschriebt
- beschrieben
Perfekt
- habe beschrieben
- hast beschrieben
- hat beschrieben
- haben beschrieben
- habt beschrieben
- haben beschrieben
1. Konjunktiv [1]
- beschreibe
- beschreibest
- beschreibe
- beschreiben
- beschreibet
- beschreiben
2. Konjunktiv
- beschriebe
- beschriebest
- beschriebe
- beschrieben
- beschriebet
- beschrieben
Futur 1
- werde beschreiben
- wirst beschreiben
- wird beschreiben
- werden beschreiben
- werdet beschreiben
- werden beschreiben
1. Konjunktiv [2]
- würde beschreiben
- würdest beschreiben
- würde beschreiben
- würden beschreiben
- würdet beschreiben
- würden beschreiben
Diverses
- beschreib!
- beschreibt!
- beschreiben Sie!
- beschrieben
- beschreibend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor beschreiben:
Synoniemen voor "beschreiben":
Wiktionary: beschreiben
beschreiben
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• beschreiben | → blasonar | ↔ blazon — to describe of a coat of arms |
• beschreiben | → describir | ↔ describe — to represent in words |
• beschreiben | → describir | ↔ beschrijven — in woorden uitdrukken |
• beschreiben | → describir | ↔ décrire — représenter, dépeindre dans son ensemble une personne, une chose, soit par écrit, soit de vive voix. |
• beschreiben | → representar; describir; jugar; tocar; expresar; enunciar | ↔ représenter — présenter de nouveau. |