Duits
Uitgebreide vertaling voor auf Besuch gehen (Duits) in het Spaans
auf Besuch gehen:
-
auf Besuch gehen (besuchen; vorbeikommen; aufsuchen; vorüberkommen)
visitar; hacer una visita a; pasar; pasarse a ver a; pasar a ver; ir a ver; ir a; pasar por; frecuentar-
visitar werkwoord
-
hacer una visita a werkwoord
-
pasar werkwoord
-
pasarse a ver a werkwoord
-
pasar a ver werkwoord
-
ir a ver werkwoord
-
ir a werkwoord
-
pasar por werkwoord
-
frecuentar werkwoord
-
Vertaal Matrix voor auf Besuch gehen:
Computer vertaling door derden: