Home ->Woordenboeken ->Duits/Spaans ->Vertaal Strohsitz

Vertaal Strohsitz van Duits naar Spaans

Overzicht

Duits naar Spaans: Meer gegevens...

Strohsitz:
- estera; salvamanteles; choapino; individual; esterilla; posavasos; mantelito; mantel individual

Duits

Uitgebreide vertaling voor Strohsitz (Duits) in het Spaans

Strohsitz:

Strohsitz [der ~] zelfstandig naamwoord

der Strohsitz (Untersetzer; Matte; Unterlage; Vorleger; kleineTeppich)
la estera; el salvamanteles; el choapino; el individual; la esterilla; el posavasos; el mantelito; el mantel individual
- estera [la ~] zelfstandig naamwoord
- salvamanteles [el ~] zelfstandig naamwoord
- choapino [el ~] zelfstandig naamwoord
- individual [el ~] zelfstandig naamwoord
- esterilla [la ~] zelfstandig naamwoord
- posavasos [el ~] zelfstandig naamwoord
- mantelito [el ~] zelfstandig naamwoord
- mantel individual [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Strohsitz:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
choapino	Matte; Strohsitz; Unterlage; Untersetzer; Vorleger; kleineTeppich
estera	Matte; Strohsitz; Unterlage; Untersetzer; Vorleger; kleineTeppich	Fußmatte; Matte; Schilfmatte; Setdeckchen; Unterlage; Untersetzer; Vorleger
esterilla	Matte; Strohsitz; Unterlage; Untersetzer; Vorleger; kleineTeppich	Fußmatte; Matte; Setdeckchen; Unterlage; Untersetzer; Vorleger
individual	Matte; Strohsitz; Unterlage; Untersetzer; Vorleger; kleineTeppich	Figur; Form; Gestalt; Typ
mantel individual	Matte; Strohsitz; Unterlage; Untersetzer; Vorleger; kleineTeppich
mantelito	Matte; Strohsitz; Unterlage; Untersetzer; Vorleger; kleineTeppich	Deckchen; Setdeckchen; Unterlage; Untersetzer
posavasos	Matte; Strohsitz; Unterlage; Untersetzer; Vorleger; kleineTeppich	Bierfilz
salvamanteles	Matte; Strohsitz; Unterlage; Untersetzer; Vorleger; kleineTeppich	Messerbänkchen
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
individual		Einpersonen-; abgeschieden; abgesondert; absonderlich; alleinstehend; apart; einzeln; einzelstehend; freistehend; gesondert; getrennt; individuell; jeder für sich; separat; vereinzelt