Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Stadt:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Stadt (Duits) in het Spaans

Stadt:

Stadt [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Stadt
    la ciudad
    • ciudad [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Stadt (Gemeinde)
    la municipalidad; el municipio; la parroquia

Vertaal Matrix voor Stadt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ciudad Stadt
municipalidad Gemeinde; Stadt Bereich; Bezirk; Gebiet; Kommunalverwaltung; Stadtbezirk; Stadtrat; Stadtteil; Stadtverwaltung; Viertel
municipio Gemeinde; Stadt Gemeinde; Gemeinderat; Gemeindeverwaltung; Gemeindevorstand; Kommunalverwaltung; Stadtrat; Stadtverwaltung
parroquia Gemeinde; Stadt Dorfgemeinschaftshaus; Gemeinde; Gemeindegebiet; Gemeindehaus; Gemeindehäuser; Kirchengemeinde; Kirchengemeinschaft; Pfarrgemeinde

Synoniemen voor "Stadt":


Wiktionary: Stadt

Stadt
noun
  1. eine meist größere, zivile, zentralisierte, abgegrenzte Siedlung

Cross Translation:
FromToVia
Stadt urbe; ciudad city — large settlement
Stadt ciudad; pueblo town — settlement
Stadt pueblo; ciudad stad — Woonplaats
Stadt ciudad; población; urbe citéville, surtout quand on vouloir en faire ressortir l’importance.
Stadt ciudad; población; urbe ville — Zone urbaine fortement peuplée dans laquelle se concentre la majorité des activités humaines d’un pays

Verwante vertalingen van Stadt