Vertaal Spalte van Duits naar Spaans

la columna

• columna [la ~] zelfstandig naamwoord

la muesca; escopladura; la entalladura

• muesca [la ~] zelfstandig naamwoord
• escopladura zelfstandig naamwoord
• entalladura [la ~] zelfstandig naamwoord

la hendidura

• hendidura [la ~] zelfstandig naamwoord

el abismo; la abertura; la grieta; la quebrada; el espacio intermedio; el barranco; la fisura; la hendidura; el espacio; el intervalo; el precipicio

• abismo [el ~] zelfstandig naamwoord
• abertura [la ~] zelfstandig naamwoord
• grieta [la ~] zelfstandig naamwoord
• quebrada [la ~] zelfstandig naamwoord
• espacio intermedio [el ~] zelfstandig naamwoord
• barranco [el ~] zelfstandig naamwoord
• fisura [la ~] zelfstandig naamwoord
• hendidura [la ~] zelfstandig naamwoord
• espacio [el ~] zelfstandig naamwoord
• intervalo [el ~] zelfstandig naamwoord
• precipicio [el ~] zelfstandig naamwoord

la intensidad sonora; la baranda; el tamaño; el lazo; la parte; la era; la barra; la cinta; la raya; el vínculo; la banda; la tabla; la presión; el borde; la franja; el tomo; la tira; la edición; la tirada; el volumen; el neumático; el empuje; el tablón; la compresión; la coacción; la porción; la encuadernación; la intensidad del sonido; el volumen del sonido

• intensidad sonora [la ~] zelfstandig naamwoord
• baranda [la ~] zelfstandig naamwoord
• tamaño [el ~] zelfstandig naamwoord
• lazo [el ~] zelfstandig naamwoord
• parte [la ~] zelfstandig naamwoord
• era [la ~] zelfstandig naamwoord
• barra [la ~] zelfstandig naamwoord
• cinta [la ~] zelfstandig naamwoord
• raya [la ~] zelfstandig naamwoord
• vínculo [el ~] zelfstandig naamwoord
• banda [la ~] zelfstandig naamwoord
• tabla [la ~] zelfstandig naamwoord
• presión [la ~] zelfstandig naamwoord
• borde [el ~] zelfstandig naamwoord
• franja [la ~] zelfstandig naamwoord
• tomo [el ~] zelfstandig naamwoord
• tira [la ~] zelfstandig naamwoord
• edición [la ~] zelfstandig naamwoord
• tirada [la ~] zelfstandig naamwoord
• volumen [el ~] zelfstandig naamwoord
• neumático [el ~] zelfstandig naamwoord
• empuje [el ~] zelfstandig naamwoord
• tablón [el ~] zelfstandig naamwoord
• compresión [la ~] zelfstandig naamwoord
• coacción [la ~] zelfstandig naamwoord
• porción [la ~] zelfstandig naamwoord
• encuadernación [la ~] zelfstandig naamwoord
• intensidad del sonido [la ~] zelfstandig naamwoord
• volumen del sonido [el ~] zelfstandig naamwoord

el descosido

• descosido [el ~] zelfstandig naamwoord

el barranco; la quebrada; la garganta; el precipicio; el canal; la distancia; la zanja; el surco; el alejamiento; la ranura; la rendija; la hendidura; el resquicio; el intersticio

• barranco [el ~] zelfstandig naamwoord
• quebrada [la ~] zelfstandig naamwoord
• garganta [la ~] zelfstandig naamwoord
• precipicio [el ~] zelfstandig naamwoord
• canal [el ~] zelfstandig naamwoord
• distancia [la ~] zelfstandig naamwoord
• zanja [la ~] zelfstandig naamwoord
• surco [el ~] zelfstandig naamwoord
• alejamiento [el ~] zelfstandig naamwoord
• ranura [la ~] zelfstandig naamwoord
• rendija [la ~] zelfstandig naamwoord
• hendidura [la ~] zelfstandig naamwoord
• resquicio [el ~] zelfstandig naamwoord
• intersticio [el ~] zelfstandig naamwoord

el nicho; el hueco; la cavidad; la oquedad; el ahuecamiento

• nicho [el ~] zelfstandig naamwoord
• hueco [el ~] zelfstandig naamwoord
• cavidad [la ~] zelfstandig naamwoord
• oquedad [la ~] zelfstandig naamwoord
• ahuecamiento [el ~] zelfstandig naamwoord