Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Schnack:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schnack (Duits) in het Spaans

Schnack:

Schnack [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schnack (Zwischenmahlzeit; Biß; Bissen)
    el bocado; la tapa; el tentempié
    • bocado [el ~] zelfstandig naamwoord
    • tapa [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tentempié [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Schnack:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bocado Bissen; Biß; Schnack; Zwischenmahlzeit Bissen; Happen; Mundvoll
tapa Bissen; Biß; Schnack; Zwischenmahlzeit Augenlid; Deckel; Verschlusskappe
tentempié Bissen; Biß; Schnack; Zwischenmahlzeit Imbiß; Leckerbissen; Leckerei; schnelleNummer

Synoniemen voor "Schnack":


Computer vertaling door derden: