Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Schenkel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schenkel (Duits) in het Spaans

Schenkel:

Schenkel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schenkel (Schinken)
    el jamón; el muslo
    • jamón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • muslo [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Schenkel (Schinken)
    el muslo
    • muslo [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Schenkel
    el codillo
    • codillo [el ~] zelfstandig naamwoord

Schenkel [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Schenkel (Schinken)
    el muslos
    • muslos [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Schenkel
    el codillos

Vertaal Matrix voor Schenkel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
codillo Schenkel Beugung; Biegung; Drehung; Krümmung; Kurve
codillos Schenkel
jamón Oberschenkel; Schenkel; Schinken
muslo Oberschenkel; Schenkel; Schinken
muslos Schenkel; Schinken

Synoniemen voor "Schenkel":


Wiktionary: Schenkel

Schenkel
noun
  1. Anatomie: Ein Bereich der unteren Extremitäten (siehe: Oberschenkel bzw. Unterschenkel beim Menschen)

Cross Translation:
FromToVia
Schenkel repisa ledge — shelf
Schenkel muslo dij — het deel van het menselijk been tussen heup en knie
Schenkel departamento; sección; subdivisión branche — Traductions à trier suivant le sens
Schenkel muslo cuisse — Partie du membre inférieur allant de la hanche au genou.