Overzicht
Duits
Uitgebreide vertaling voor Pflanze (Duits) in het Spaans
Pflanze:
-
die Pflanze (Gewächs)
Vertaal Matrix voor Pflanze:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
cultivo | Gewächs; Pflanze | Anbau; Anbauen; Anbauten; Anpflanzen; Anpflanzung; Aufbau; Bau; Baugelände; Bauland; Baustelle; Bepflanzung; Brut; Einsatz; Einsätze; Erbauung; Errichtung; Fläche; Fortpflanzung; Gebiet; Gebilde; Gebäude; Gewächs; Gezücht; Grundstück; Haus; Häuser; Komplex; Konstruktion; Los; Partie; Parzelle; Pfand; Posten; Schoß; Struktur; Teil; Unterpfand; Vegetation; Zucht; Züchte; Züchten; Züchtung |
planta | Gewächs; Pflanze | Etage; Stock; Stockwerk |
vegetal | Gewächs; Pflanze | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
vegetal | pflanzlich |
Synoniemen voor "Pflanze":
Wiktionary: Pflanze
Pflanze
Cross Translation:
noun
-
Botanik: eukaryotischer Organismus, der meist in der Lage ist Photosynthese zu betreiben
- Pflanze → planta
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Pflanze | → planta | ↔ plant — een van stengel en bladeren voorzien gewas dat zijn voedsel uit de aarde opneemt |
• Pflanze | → planta | ↔ plant — een organisme dat kooldioxide opneemt en zuurstof afgeeft |
• Pflanze | → agosto; cosecha; cultivo | ↔ gewas — dat wat aanwast op het veld, maar nog niet geoogst is. |
• Pflanze | → planta; mata | ↔ plant — organism capable of photosynthesis |
• Pflanze | → planta | ↔ plante — Végétal |
Computer vertaling door derden: