Neuankömmling in het Spaans vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Spaans: Meer gegevens...

Neuankömmling:
- principiante; conejo; capullo; recién llegado; recién llegada; nuevo; nueva; novato; novata

Duits

Uitgebreide vertaling voor Neuankömmling (Duits) in het Spaans

der Neuankömmling (Neuling)
el principiante; el conejo; el capullo
- principiante [el ~] zelfstandig naamwoord
- conejo [el ~] zelfstandig naamwoord
- capullo [el ~] zelfstandig naamwoord
der Neuankömmling (Neuling)
el recién llegado; la recién llegada; el nuevo; la nueva; el novato; la novata
- recién llegado [el ~] zelfstandig naamwoord
- recién llegada [la ~] zelfstandig naamwoord
- nuevo [el ~] zelfstandig naamwoord
- nueva [la ~] zelfstandig naamwoord
- novato [el ~] zelfstandig naamwoord
- novata [la ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
capullo	Neuankömmling; Neuling	Bauer; Bauernlümmel; Bauerntölpel; Dreckskerl; Flegel; Grobian; Handgriff; Henkel; Kokon; Lump; Lümmel; Stiel; Tölpel; Türgriff; blöder Sack; ungehobelte Klotz; ungehobelter Klotz; ungeschliffene Kerl; ungeschliffener Kerl
conejo	Neuankömmling; Neuling	Grünling; Kaninchen; Karnickel; Neuling; Student im ersten Semester
novata	Neuankömmling; Neuling
novato	Neuankömmling; Neuling	Grünling; Neuling; Student im ersten Semester
nueva	Neuankömmling; Neuling	Grünling; Neuling; Student im ersten Semester
nuevo	Neuankömmling; Neuling	Grünling; Neuling; Student im ersten Semester
principiante	Neuankömmling; Neuling	Anfänger; Anfängerin; Grünling; Neuling; Starter; Student im ersten Semester
recién llegada	Neuankömmling; Neuling	Grünling; Neuling; Student im ersten Semester
recién llegado	Neuankömmling; Neuling	Grünling; Neuling; Student im ersten Semester
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
novato		grasgrün
nuevo		aktuell; derzeitig; fortgeschritten; freistehend; frisch; frischgebacken; gegenwärtig; gelassen; gerade gekauft; gleichgültig; gleichzeitig; grün; heil; heutig; intakt; kontemporän; ledig; leer; modern; neu; neue; neugebacken; neuzeitlich; nichtig; rein; unangetastet; unbenutzt; unberührt; unbewegt; ungebraucht; ungekünstelt; ungekürzt; ungerührt; unversehrt; zeitgemäß; zeitgenössisch; zugegen