Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Nacken:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Nacken (Duits) in het Spaans

Nacken:

Nacken [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Nacken (Hals; Genick)
    el cuello; la nuca; el cogote; el pescuezo
    • cuello [el ~] zelfstandig naamwoord
    • nuca [la ~] zelfstandig naamwoord
    • cogote [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pescuezo [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Nacken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cogote Genick; Hals; Nacken
cuello Genick; Hals; Nacken Halskragen; Kragen; Manschette; Manschettenknopf; Passe
nuca Genick; Hals; Nacken
pescuezo Genick; Hals; Nacken

Wiktionary: Nacken

Nacken
noun
  1. Anatomie: der dorsale (rückseitige) Teil des Halses , das Genick

Cross Translation:
FromToVia
Nacken nuca nape — back part of the neck
Nacken cuello; nuca; pescuezo neck — the part of body connecting the head and the trunk found in humans and some animals
Nacken nuca nek — achterste gedeelte van de hals
Nacken nuca nuque — anatomie|fr partie dorsale du cou.