Home ->Woordenboeken ->Duits/Spaans ->Vertaal Marsch

Vertaal Marsch van Duits naar Spaans

Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Marsch:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Marsch (Duits) in het Spaans

Marsch:

Marsch [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Marsch (Ausflug; Exkursion; Schulausflug; )
    la excursión; el paseo; el recorrido
  2. der Marsch (Aufmarsch; Vormarsch; Anmarsch)
    el avance; la marcha; la marcha hacia adelante; la aproximación; el camino a pie; el acercamiento

Marsch [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Marsch (Deichvorländer)
    la tierras situadas fuera del dique

Vertaal Matrix voor Marsch:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acercamiento Anmarsch; Aufmarsch; Marsch; Vormarsch Anmarsch; Annäherung; Anzug; Avance; Bemühung; Entgegenkommen
aproximación Anmarsch; Aufmarsch; Marsch; Vormarsch Anmarsch; Annaeherungsart; Anzug
avance Anmarsch; Aufmarsch; Marsch; Vormarsch Anmarsch; Anzahl teilnehmender Personen; Anzug; Auftritt; Begehren; Begierde; Durchbrechen; Durchbruch; Entwicklung; Fortgang; Fortgänge; Fortschritt; Gesichtsmaske; Progression; Teilnahme; Verlangen; Verlauf
camino a pie Anmarsch; Aufmarsch; Marsch; Vormarsch
excursión Ausfahrt; Ausflug; Erkundung; Erkundungsfahrt; Exkurs; Exkursion; Expedition; Fahrt; Lehrausflug; Marsch; Reise; Ritt; Schulausflug; Spazierfahrt; Spritzfahrt; Studienreise; Tour Ausflug; Exkursion; Fahrt; Fußwanderung; Gastspielreise; Passage; Reise; Schulausflug; Seereise; Spazierfahrt; Spritzfahrt; Studienreise; Tagesausflug; Tagestour; Tour; Tournee; Überfahrt
marcha Anmarsch; Aufmarsch; Marsch; Vormarsch Abfahren; Abreisen; Aufputschmittel; Aufzug; Bewegung; Böschung; Demonstration; Doping; Dringlichkeit; Durchgang; Eile; Emsigkeit; Fahrgeschwindigkeit; Feier; Feierlichkeit; Festlichkeit; Flinkheit; Flug; Flugreise; Formalität; Förmlichkeit; Gang; Gasse; Gastspielreise; Gehetz; Geschwindigkeit; Gewandtheit; Gänge; Hast; Hetze; Konvoi; Korridor; Kundgebung; Körperbewegung; Manifestation; Passage; Pracht; Prozession; Raschheit; Reisegeschwindigkeit; Schnelligkeit; Stattlichkeit; Tempo; Tour; Tournee; Umzug; Vierung; Wandersport; Weggehen; Zeremonie; Zügigkeit; Überstürzung
marcha hacia adelante Anmarsch; Aufmarsch; Marsch; Vormarsch Anmarsch; Anzug; Gastspielreise; Tour; Tournee
paseo Ausfahrt; Ausflug; Erkundung; Erkundungsfahrt; Exkurs; Exkursion; Expedition; Fahrt; Lehrausflug; Marsch; Reise; Ritt; Schulausflug; Spazierfahrt; Spritzfahrt; Studienreise; Tour Allee; Ausfahrt; Ausflug; Avenue; Bummel; Exkursion; Fahrt; Fußwanderung; Gastspielreise; Lehrausflug; Promenade; Reise; Route; Runde; Rundfahrt; Rundgang; Rundläufe; Rundreise; Schlendergang; Schulausflug; Spazieren; Spazierfahrt; Spaziergang; Spazierritt; Spritzfahrt; Studienreise; Tagesausflug; Tagestour; Tour; Tournee; kleine Wanderung; lästige Arbeit
recorrido Ausfahrt; Ausflug; Erkundung; Erkundungsfahrt; Exkurs; Exkursion; Expedition; Fahrt; Lehrausflug; Marsch; Reise; Ritt; Schulausflug; Spazierfahrt; Spritzfahrt; Studienreise; Tour Piste; Rundfahrt; Strecke
tierras situadas fuera del dique Deichvorländer; Marsch
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
recorrido bereist

Synoniemen voor "Marsch":


Wiktionary: Marsch

Marsch
noun
  1. angeschwemmtes, fruchtbares Land an der Küste
Cross Translation:
FromToVia
• Marsch → marcha ↔ march — formal, rhythmic way of walking
• Marsch → marcha ↔ march — song in the genre of music written for marching
• Marsch → pantano; marisma; ciénaga ↔ marsh — area of low, wet land

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Marsch







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0482 seconde
Page rendered in 1.0 seconds