Kurier in het Spaans vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Spaans: Meer gegevens...

Kurier:
- correo especial; estafeta; mensajero; expreso; correo urgente; cartero; repartidor; charla; distribuidor
Wiktionary:
- Kurier → mensajero

Duits

Uitgebreide vertaling voor Kurier (Duits) in het Spaans

Kurier:

Kurier [der ~] zelfstandig naamwoord

der Kurier (Spediteur; Transportunternehmer; Transporteur; Austräger; Eilbote)
el correo especial; la estafeta; el mensajero; el expreso
- correo especial [el ~] zelfstandig naamwoord
- estafeta [la ~] zelfstandig naamwoord
- mensajero [el ~] zelfstandig naamwoord
- expreso [el ~] zelfstandig naamwoord
der Kurier (Eilbrief; Eilbote)
el correo urgente
- correo urgente [el ~] zelfstandig naamwoord
der Kurier (Postbote; Briefträger; Zusteller; Eilbote; Laufjunge; Bote; Laufbursche)
el cartero; el repartidor; el mensajero; la charla
- cartero [el ~] zelfstandig naamwoord
- repartidor [el ~] zelfstandig naamwoord
- mensajero [el ~] zelfstandig naamwoord
- charla [la ~] zelfstandig naamwoord
der Kurier (Bote; Zusteller; Eilbote; Laufbursche; Laufjunge)
el distribuidor; el repartidor
- distribuidor [el ~] zelfstandig naamwoord
- repartidor [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Kurier:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
cartero	Bote; Briefträger; Eilbote; Kurier; Laufbursche; Laufjunge; Postbote; Zusteller
charla	Bote; Briefträger; Eilbote; Kurier; Laufbursche; Laufjunge; Postbote; Zusteller	Anschwärzung; Ausdruck; Aussprache; Dialog; Einkalkulierung; Gefasel; Geklatsch; Geleier; Geplapper; Geplauder; Gequassel; Gequatsch; Gerede; Geschwafel; Geschwätz; Gespräch; Getratsch; Getratsche; Interview; Klatsch; Klatschen; Klatscherei; Konversation; Laster; Lästerrede; Lästerung; Plauderei; Prolog; Schwatz; Schwatze; Speech; Talk; Ton; Tratsch; Unsinn; Unterhaltung; Unterredung; Verleumdung; Vortrag; Wäscherei
correo especial	Austräger; Eilbote; Kurier; Spediteur; Transporteur; Transportunternehmer
correo urgente	Eilbote; Eilbrief; Kurier	Eilauftrag; Eilaufträge; Eilbestellung; Eilbrief; Eilsendung; Eilzustellung; Expressbestellung; Expreß; Expreßgut
distribuidor	Bote; Eilbote; Kurier; Laufbursche; Laufjunge; Zusteller	Austeiler; Distributeur; Verbreiter; Verleiherin; Verteiler
estafeta	Austräger; Eilbote; Kurier; Spediteur; Transporteur; Transportunternehmer
expreso	Austräger; Eilbote; Kurier; Spediteur; Transporteur; Transportunternehmer	Fernschnellzug; IC-Zug; Intercity; Interegionalzug; Schnellzug
mensajero	Austräger; Bote; Briefträger; Eilbote; Kurier; Laufbursche; Laufjunge; Postbote; Spediteur; Transporteur; Transportunternehmer; Zusteller	Anzeichen; Bote; Herold; Laufbursche; Laufjunge; Vorbote; Vorzeichen
repartidor	Bote; Briefträger; Eilbote; Kurier; Laufbursche; Laufjunge; Postbote; Zusteller	Austeiler; Austeilerin; Distributeur; Distributorin; Verbreiter; Verleiherin; Verteiler; Verteilerin

Synoniemen voor "Kurier":

Abgesandter; Beauftragter; Bevollmächtigter; Bote; Delegat; Delegierter; Emissär; Ordonnanz; Parlamentär; Charakter; Einzelwesen; Individuum; Mensch; Person; Persönlichkeit; Subjekt; Typ

Wiktionary: Kurier

Cross Translation:

From	To	Via
• Kurier	→ mensajero	↔ messenger — one who brings messages
• Kurier	→ mensajero	↔ koerier — beroep\|nld persoon of instantie die berichten, pakjes enz. ophaalt, vervoert en aflevert

Computer vertaling door derden:

Remove Ads

Vertaal Kurier van Duits naar Spaans

Uitgebreide vertaling voor Kurier (Duits) in het Spaans

Kurier:

Kurier [der ~] zelfstandig naamwoord

der Kurier (Spediteur; Transportunternehmer; Transporteur; Austräger; Eilbote)

der Kurier (Eilbrief; Eilbote)

der Kurier (Postbote; Briefträger; Zusteller; Eilbote; Laufjunge; Bote; Laufbursche)

der Kurier (Bote; Zusteller; Eilbote; Laufbursche; Laufjunge)

Vertaal Matrix voor Kurier:

Synoniemen voor "Kurier":

Wiktionary: Kurier