Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Greis:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Greis (Duits) in het Spaans

Greis:

Greis [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Greis
    el viejo; el anciano
    • viejo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • anciano [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Greis (Alter; Greisin)
    la ancianidad

Vertaal Matrix voor Greis:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ancianidad Alter; Greis; Greisin Alter; Altertum; Greisenalter
anciano Greis Alte; Alten; Kirchenälteste; Presbyter; Rentner; Senior; Ältere
viejo Greis Alte; Alten; Kommandant; Schiffskapitän
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anciano alt; hochbetagt; senior
viejo abgelebt; abgenutzt; alt; altertümlich; antik; schal; uralt

Wiktionary: Greis

Greis
noun
  1. sehr alter Mann

Cross Translation:
FromToVia
Greis viejo old man — elderly man
Greis anciano grijsaard — oude man
Greis viejo vieillardhomme d’un âge avancé.