Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Bresche:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Bresche (Duits) in het Spaans

Bresche:

Bresche [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Bresche (Loch; Öffnung; Einschläge; Aufmachung; Einschlag)
    la brecha; el boquete
    • brecha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • boquete [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Bresche:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boquete Aufmachung; Bresche; Einschlag; Einschläge; Loch; Öffnung Armenviertel; Barackenviertel; Dorf; Elendviertel; Leck; Loch; Nest; Ort; Platz; Punktion; Undichtigkeit; Unterkante; undichte Stelle; Öffnung
brecha Aufmachung; Bresche; Einschlag; Einschläge; Loch; Öffnung Armenviertel; Barackenviertel; Elendviertel; Feuerloch; Feuerlöcher; Leck; Loch; Punktion; Undichtigkeit; Unterkante; undichte Stelle; Öffnung

Wiktionary: Bresche


Cross Translation:
FromToVia
Bresche brecha; batería; boquete breach — gap
Bresche brecha brèche — Traductions à trier suivant le sens