Overzicht
Duits naar Spaans: Meer gegevens...
- integral:
- Integral:
- Wiktionary:
Spaans naar Duits: Meer gegevens...
- integral:
- íntegral:
- Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Integral (Duits) in het Spaans
integral:
-
integral (komplett; völlig; vollständig; vollkommen; gesamt)
-
integral (faszinierend; interessant; spannend; integrierend; gesamt; völlig; gründlich; komplett; fesselnd; erhebend; vollständig; vollkommen)
fascinante; intrigante; interesante; cautivador-
fascinante bijvoeglijk naamwoord
-
intrigante bijvoeglijk naamwoord
-
interesante bijvoeglijk naamwoord
-
cautivador bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor integral:
Synoniemen voor "integral":
Integral:
Vertaal Matrix voor Integral:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
integral | Integral | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
integral | gesamt; integral; komplett; ungekürzt; vollkommen; vollständig; völlig |
Wiktionary: Integral
Integral
Cross Translation:
noun
-
Mathematik: ein Grenzwert, der zur Berechnung von Flächen und Volumen benutzt wird
- Integral → integral
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Integral | → integral | ↔ integral — limit of sums |
Spaans
Uitgebreide vertaling voor Integral (Spaans) in het Duits
integral:
-
integral (total)
komplett; völlig; vollständig; vollkommen; gesamt; integral-
komplett bijvoeglijk naamwoord
-
völlig bijvoeglijk naamwoord
-
vollständig bijvoeglijk naamwoord
-
vollkommen bijvoeglijk naamwoord
-
gesamt bijvoeglijk naamwoord
-
integral bijvoeglijk naamwoord
-
-
integral (intacto; entero; completo; sereno; íntegro; imperturbable; impávido; impertérrito)
Vertaal Matrix voor integral:
Verwante woorden van "integral":
Synoniemen voor "integral":
Wiktionary: integral
integral
Cross Translation:
noun
-
Mathematik: ein Grenzwert, der zur Berechnung von Flächen und Volumen benutzt wird
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• integral | → deftig; herzhaft | ↔ hearty — rich, abundant |
• integral | → Integral | ↔ integral — limit of sums |
• integral | → Vollkorn | ↔ wholegrain — cereal grain that contains germ, endosperm, and bran |
íntegral:
-
íntegral (a tiempo completo; a jornada completa; completo; totalmente; completamente; por completo)
vollständig; vollzeitig; ganz; völlig; komplett; vollkommen; gänzlich; vollzählig; gesamt; total; ganz und gar-
vollständig bijvoeglijk naamwoord
-
vollzeitig bijvoeglijk naamwoord
-
ganz bijvoeglijk naamwoord
-
völlig bijvoeglijk naamwoord
-
komplett bijvoeglijk naamwoord
-
vollkommen bijvoeglijk naamwoord
-
gänzlich bijvoeglijk naamwoord
-
vollzählig bijvoeglijk naamwoord
-
gesamt bijvoeglijk naamwoord
-
total bijvoeglijk naamwoord
-
ganz und gar bijvoeglijk naamwoord
-