Duits
Uitgebreide vertaling voor pumpen (Duits) in het Spaans
pumpen:
Conjugations for pumpen:
Präsens
- pumpe
- pumpst
- pumpt
- pumpen
- pumpt
- pumpen
Imperfekt
- pumpte
- pumptest
- pumpte
- pumpten
- pumptet
- pumpten
Perfekt
- habe gepumpt
- hast gepumpt
- hat gepumpt
- haben gepumpt
- habt gepumpt
- haben gepumpt
1. Konjunktiv [1]
- pumpe
- pumpest
- pumpe
- pumpen
- pumpet
- pumpen
2. Konjunktiv
- pumpte
- pumptest
- pumpte
- pumpten
- pumptet
- pumpten
Futur 1
- werde pumpen
- wirst pumpen
- wird pumpen
- werden pumpen
- werdet pumpen
- werden pumpen
1. Konjunktiv [2]
- würde pumpen
- würdest pumpen
- würde pumpen
- würden pumpen
- würdet pumpen
- würden pumpen
Diverses
- pump!
- pumpt!
- pumpen Sie!
- gepumpt
- pumpend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor pumpen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bombear | pumpen | auspumpen; einpumpen; leer pumpen |
Synoniemen voor "pumpen":
Pumpen:
-
die Pumpen
Vertaal Matrix voor Pumpen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
estaciones hidráulicas | Pumpen |
Synoniemen voor "Pumpen":
Verwante vertalingen van pumpen
Spaans
Uitgebreide vertaling voor pumpen (Spaans) in het Duits
pumpen: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- pum: Bum
- peón: Lehrling; Arbeiter; Arbeitskraft; Diener; Bediente; Spielstein; Schachspielbauer; Herr; Mann; Gestalt; Kerl; Geselle; Hecht; Knecht; Kammerdiener; Stallknecht; Hilfsarbeiter; Hausdiener; Straßenarbeiter
- peñón: Felswand; Felsenwand; Stein; Felsen; Fels; Schliff
- ¡pum!: Schuß; Knall