Overzicht
Duits naar Spaans: Meer gegevens...
- betroffen:
- betreffen:
-
Wiktionary:
- betroffen → afectado, consternado, conmocionado
- betreffen → concernir, referirse
- betreffen → atañer, concernir, incumbir
Duits
Uitgebreide vertaling voor betroffen (Duits) in het Spaans
betroffen:
-
betroffen (ergriffen; gerührt; bewegt)
emocionado; emocional; conmovido-
emocionado bijvoeglijk naamwoord
-
emocional bijvoeglijk naamwoord
-
conmovido bijvoeglijk naamwoord
-
-
betroffen (gerührt; ergriffen; bewegt)
-
betroffen (erschüttert; entsetzt; fassungslos; bestürzt; zerrüttet; aufgelöst)
horrorizado; conmocionado; desconcertado; consternado; desquiciado; confuso; atónito; descompuesto-
horrorizado bijvoeglijk naamwoord
-
conmocionado bijvoeglijk naamwoord
-
desconcertado bijvoeglijk naamwoord
-
consternado bijvoeglijk naamwoord
-
desquiciado bijvoeglijk naamwoord
-
confuso bijvoeglijk naamwoord
-
atónito bijvoeglijk naamwoord
-
descompuesto bijvoeglijk naamwoord
-
-
betroffen (verblüfft; entsetzt; baff; erstaunt; betreten; fassungslos; erschüttert; bestürzt; verdutzt; perplex)
herido; atónito; perplejo; afectado; desconcertado; alcanzado; confuso; siniestrado; aturdido; impresionado; conmovido; abrumado; pasmado; estupefacto; consternado; anonadado-
herido bijvoeglijk naamwoord
-
atónito bijvoeglijk naamwoord
-
perplejo bijvoeglijk naamwoord
-
afectado bijvoeglijk naamwoord
-
desconcertado bijvoeglijk naamwoord
-
alcanzado bijvoeglijk naamwoord
-
confuso bijvoeglijk naamwoord
-
siniestrado bijvoeglijk naamwoord
-
aturdido bijvoeglijk naamwoord
-
impresionado bijvoeglijk naamwoord
-
conmovido bijvoeglijk naamwoord
-
abrumado bijvoeglijk naamwoord
-
pasmado bijvoeglijk naamwoord
-
estupefacto bijvoeglijk naamwoord
-
consternado bijvoeglijk naamwoord
-
anonadado bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor betroffen:
Synoniemen voor "betroffen":
Wiktionary: betroffen
betroffen
adjective
-
beteiligt, jemanden betreffend, sich auf jemanden beziehend
- betroffen → afectado; consternado
-
unangenehm überrascht, (emotional) leidtragend, bestürzt
- betroffen → conmocionado
betroffen vorm van betreffen:
-
betreffen (treffen; berühren; rühren; bewegen; antun; erregen)
-
betreffen (gehen um; angehen)
concernir; referirse a; atañer; afectar; tocar a-
concernir werkwoord
-
referirse a werkwoord
-
atañer werkwoord
-
afectar werkwoord
-
tocar a werkwoord
-
-
betreffen (Belange haben; angehen)
-
betreffen (treffen; berühren; schlagen; erregen; rühren; besiegen; bewegen; antun)
pegar; tomar; alcanzar; golpear; emocionar; dar golpes; encontrar; mover; adoptar; comer un peón; batir; azotar; revolver; conmover; tener suerte-
pegar werkwoord
-
tomar werkwoord
-
alcanzar werkwoord
-
golpear werkwoord
-
emocionar werkwoord
-
dar golpes werkwoord
-
encontrar werkwoord
-
mover werkwoord
-
adoptar werkwoord
-
comer un peón werkwoord
-
batir werkwoord
-
azotar werkwoord
-
revolver werkwoord
-
conmover werkwoord
-
tener suerte werkwoord
-
Conjugations for betreffen:
Präsens
- betreffe
- betriffst
- betrifft
- betreffen
- betrefft
- betreffen
Imperfekt
- betraf
- betrafst
- betraf
- betrafen
- betraft
- betrafen
Perfekt
- habe betroffen
- hast betroffen
- hat betroffen
- haben betroffen
- habt betroffen
- haben betroffen
1. Konjunktiv [1]
- betreffe
- betreffest
- betreffe
- betreffen
- betreffet
- betreffen
2. Konjunktiv
- beträfe
- beträfst
- beträfe
- beträfen
- beträft
- beträfen
Futur 1
- werde betreffen
- wirst betreffen
- wird betreffen
- werden betreffen
- werdet betreffen
- werden betreffen
1. Konjunktiv [2]
- würde betreffen
- würdest betreffen
- würde betreffen
- würden betreffen
- würdet betreffen
- würden betreffen
Diverses
- betreff!
- betrefft!
- betreffen Sie!
- betroffen
- betreffend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie