Duits
Uitgebreide vertaling voor aneinander (Duits) in het Spaans
aneinander:
-
aneinander (zusammen)
seguido; consecutivo; junto con; compacto; unido-
seguido bijvoeglijk naamwoord
-
consecutivo bijvoeglijk naamwoord
-
junto con bijvoeglijk naamwoord
-
compacto bijvoeglijk naamwoord
-
unido bijvoeglijk naamwoord
-
-
aneinander (aufeinander; zusammen)
juntos; unos encima de otros; unidos-
juntos bijvoeglijk naamwoord
-
unos encima de otros bijvoeglijk naamwoord
-
unidos bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor aneinander:
Wiktionary: aneinander
aneinander
adverb
-
ein an das andere
- aneinander → el uno al otro
-
eines an dem anderen
- aneinander → el uno al otro