Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor einst (Duits) in het Spaans

einst:

einst bijvoeglijk naamwoord

  1. einst (eines Tages)
    una vez; alguna vez; en algún momento; algún día; un día
  2. einst (damals)
    antiguamente; en otros tiempos

Vertaal Matrix voor einst:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alguna vez eines Tages; einst ab und zu; dannundwann; einmal; gelegentlich; incidentell; manchmall
algún día eines Tages; einst einmal
antiguamente damals; einst davor; früher; in vergangener Zeit; vorher
en algún momento eines Tages; einst
en otros tiempos damals; einst davor; eher; früher; in vergangener Zeit; vorher
un día eines Tages; einst
una vez eines Tages; einst einmal

Synoniemen voor "einst":


Wiktionary: einst

einst
adverb
  1. später, in (ferner) Zukunft
  2. früher, ehemals

Einst:

Einst [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Einst
    el antaño
    • antaño [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Einst:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
antaño Einst
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
antaño davor; früher; in vergangener Zeit; vorher