Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Thron:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Thron (Duits) in het Spaans

Thron:

Thron [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Thron
    la poltrona; el asiento; el sillón; la sede; el trono; el escaño; la silla para el salón

Vertaal Matrix voor Thron:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
asiento Thron Ablagerung; Begegnung; Beleg; Beratung; Bodensatz; Brille; Buchung; Einschreibung; Eintragung; Hefe; Immatrikulation; Konferenz; Kongreß; Niederschlag; Ort; Platz; Schlacke; Schlamm; Sessel; Sitz; Sitzbank; Sitzplatz; Sitzung; Standort; Stelle; Stuhl; Submission; Subskription; Tagung; Treffen; Unterredung; Veranstaltung; Versammlung; Wohnzimmersessel; Zeichnung; Zusammenkunft; Zusammentreffen
escaño Thron Sessel; Sitz; Sitz im Gemeinderat; Wohnzimmersessel
poltrona Thron Liegestuhl; Sessel; Sitz; Wohnzimmersessel
sede Thron
silla para el salón Thron Sessel; Sitz; Wohnzimmersessel
sillón Thron Kanapee; Lehnstuhl; Sessel; Sitz; Sitzbank; Sitzplatz; Sofa; Stuhl; Wohnzimmersessel
trono Thron

Synoniemen voor "Thron":

  • Herrschersitz; Herrscherstuhl; Kaiserstuhl; Königsstuhl; Regierung

Wiktionary: Thron

Thron
noun
  1. prunkvoller Sitz, auf dem ein Monarch bei festlichen Anlässen Platz nimmt

Cross Translation:
FromToVia
Thron trono troon — zetel waar een vorst op zit tijdens formele plechtigheden
Thron trono throne — ornate seat

Verwante vertalingen van Thron