Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. wachrütteln:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor wachrütteln (Duits) in het Spaans

wachrütteln:

wachrütteln werkwoord

  1. wachrütteln (wecken; erwecken; aufwecken)

Vertaal Matrix voor wachrütteln:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
despertar Aufwecken; Wach machen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
despertar aufwecken; erwecken; wachrütteln; wecken abhängen; abkoppeln; abtrennen; andrehen; aufknoten; auflösen; aufmachen; auftrennen; aufwecken; ausfädeln; aushecken; ausholen; ausmisten; entkoppeln; lockern; loshaken; loskoppeln; loslösen; losmachen; losziehen; lösen; treiben; wecken
despertar de un porrazo aufwecken; erwecken; wachrütteln; wecken

Wiktionary: wachrütteln


Cross Translation:
FromToVia
wachrütteln galvanizar; asustar; espabilar; estimular galvanize — To shock or stimulate into sudden activity